landschap met schapen © Veronique De Smedt

Grote Nete

BE2100040 - Bovenloop van de Grote Nete met Zammelsbroek, Langdonken en Goor

1 Inleiding

Het Natura 2000-netwerk is een samenhangend Europees netwerk van beschermde natuurgebieden. Deze zijn aangewezen op basis van de Europese Vogel- en Habitatrichtlijnen om Europees beschermde habitattypes en soorten de kans te geven duurzaam te overleven en zo de Europese biodiversiteit te bewaren. In Vlaanderen zijn 62 Natura 2000-gebieden aangeduid, ook speciale beschermingszones (hierna: SBZ) genoemd. Deze gebieden zijn essentieel voor het bereiken van de gunstige staat van instandhouding van Europees te beschermen habitats en soorten. Voor Vlaanderen gaat het om 47 habitattypes, 49 dier- en plantensoorten en 58 vogelsoorten. 

Alle lidstaten van de Europese Unie zijn verplicht om de nodige maatregelen te nemen om een ‘gunstige staat van instandhouding’ te realiseren voor Europees te beschermen habitats en soorten. Om deze maatregelen in te vullen heeft de Vlaamse Regering instandhoudingsdoelstellingen (hierna: doelen) op Vlaams niveau en per SBZ bepaald. Op Vlaams niveau zijn dit de zogenaamde gewestelijke instandhoudingsdoelstellingen (hierna: G-IHD) en per SBZ zijn dit de zogenaamde specifieke instandhoudingsdoelstellingen (hierna: S-IHD). Deze S-IHD zijn, na een intensief overlegproces tussen 2010 en 2013, vastgesteld in aanwijzingsbesluiten (de S-IHD-besluiten) door de Vlaamse Regering op 23 april 2014. 

De realisatie van de doelen wordt gefaseerd en programmatisch aangepakt. Vlaanderen moet elke zes jaar aan Europa rapporteren, daarom is ook voor de realisatie gekozen voor cycli van maximaal zes jaar. Per cyclus of planperiode wordt een Vlaams Natura 2000-programma opgemaakt met een Vlaamse taakstelling en acties voor de komende periode. Het programma omschrijft ook welke organisaties betrokken zijn en geeft een raming van de uitgaven voor de uitvoering van het programma.  

Focus Vlaams Natura 2000 programma 2016–2020

Omdat Vlaanderen in 2020 aan Europa moet rapporteren, loopt de eerste cyclus van het Vlaams Natura 2000-programma van 2016 tot 2020. Op het moment van publicatie van dit voortgangsdocument bestaat er nog geen nieuw Vlaams Natura 2000-programma voor de volgende planperiode (2021-2026), zodat het bestaande programma volgens de regelgeving geldig blijft.  

Voor deze eerste cyclus is vertrokken van de Europese Biodiversiteitsstrategie 2020 en van het Pact 2020. In het Vlaams Natura 2000-programma zijn een bindende en een richtinggevende taakstelling geformuleerd als een gefaseerd kader voor de realisatie van de doelen.

Het bindend deel van de taakstelling in het Vlaams Natura 2000-programma omvat:

  • het stoppen of vermijden van de verdere achteruitgang van Europees te beschermen habitattypes of soorten (stand still);
  • dat 16 van de 47 Europees te beschermen habitattypes in een gunstige staat verkeren of zijn verbeterd ten opzichte van 2007 (zie bijlage 5 van het Vlaams Natura 2000-programma).

Het bindend deel van de taakstelling moet tegen 2020 worden gerealiseerd.

Het richtinggevende deel van deze taakstelling omvat:

  • dat tegen 2020 voor alle Europees te beschermen habitattypes en soorten samen 70% van de inspanningen operationeel zijn, zodat alle habitats en soorten in een gunstige staat van instandhouding kunnen worden gebracht tegen 2050. Voor soorten die extra oppervlakte leefgebied nodig hebben, moet een derde van de extra oppervlakte gerealiseerd zijn door inrichting en beheer.

De maatregelen nodig om het richtinggevende deel van de taakstelling te realiseren, kunnen al in deze planperiode opgestart worden of, indien al in planning of uitvoering, verder lopen. Deze maatregelen moeten niet noodzakelijk afgerond zijn tijdens de looptijd. In de inspanningsmatrix (hoofdstuk 4 van het voortgangsdocument) is voor elke actie aangegeven of deze behoort tot het bindend of het richtinggevend deel van taakstelling van het Vlaams Natura 2000-programma.

Doelstelling van het voortgangsdocument

Het voortgangsdocument wordt opgemaakt met het oog op:

  • het gradueel realiseren van de S-IHD;
  • het vermijden of stoppen van de verslechtering van de Europees te beschermen habitats en de leefgebieden van Europees te beschermen soorten;
  • het vermijden of het stoppen van de betekenisvolle verstoring van de Europees te beschermen soorten.

Het Agentschap voor Natuur en Bos (hierna: het ANB) maakt het voortgangsdocument op en beheert het. Dit voortgangsdocument beschrijft de inspanningen die volgens de inventaris hiervan in 2017 geleverd worden door de organisaties voor wie het beheren en ontwikkelen van natuur een maatschappelijke opdracht is. Dit zijn het ANB, de verschillende openbare besturen en de erkende terreinbeherende verenigingen. Tevens biedt het een overzicht van de openstaande taakstelling en van de acties die, volgens de huidige plannen en inzichten, nodig zijn voor de realisatie ervan. Zo vormt het voortgangsdocument het vertrekpunt en de inspiratiebron voor het bereiken van de doelen voor iedereen die daaraan kan bijdragen.

Situering van het SBZ

2 Taakstelling

Voor elke SBZ werden door de Vlaamse Regering de specifieke doelen voor Europees te beschermen habitats en soorten en de prioritaire inspanningen vastgesteld in een S-IHD-besluit. Deze doelen worden in dit voortgangsdocument weergegeven in hoofdstuk 2.1. Deze zijn daarbij geclusterd in landschapstypes. Per Europees te beschermen soort en habitat zijn het gebiedsgericht kwantiteitsdoel (populaties of oppervlakten) en kwaliteitsdoel beschreven. Hoofdstuk 2.2 geeft prioritaire inspanningen weer, die in het S-IHD-besluit vastgesteld zijn voor het realiseren van de doelen. 

2.1 Doelen

Legende bij de oppervlakte-, populatie- en kwaliteitsdoelen

Symbool

Omschrijving

+

Het doel is een stijging van de oppervlakte of populatiegrootte / een verbetering van de kwaliteit.

=

Het minimale doel is het behoud van de oppervlakte of populatiegrootte / het behoud van de kwaliteit.

=/+

Het minimale doel is het behoud van de oppervlakte of populatiegrootte / het behoud van de kwaliteit met lokale uitbreidingsmogelijkheid.

=/-

Het minimale doel is het behoud van de oppervlakte of populatiegrootte / het behoud van de kwaliteit met lokale inkrimpingsmogelijkheid.

In onderstaande tabel met de doelen voor het SBZ worden doelstellingen voor enerzijds het gedeelte dat habitatrichtlijngebied is en anderzijds het gedeelte dat 'zuiver vogelrichtlijngebied' (lees: enkel vogelrichtlijngebied en geen habitatrichtlijngebied) is, niet onderscheiden, maar geïntegreerd. Aan de drie criteria die tegelijk vervuld dienen te zijn om deze doelen voor beide ruimtelijk afgebakende gebieden van elkaar te onderscheiden, werd immers niet voldaan. De drie criteria zijn: 

  • het zuiver vogelrichtlijngebied handelt over een relevante oppervlakte; 

  • het betreft in dit gebied relevante doelstellingen doelen en; 

  • de doelen die in het gedeelte dat zuiver vogelrichtlijngebied is, gerealiseerd dienen te worden, zijn (reeds in dit stadium) bekend.] 

Valleilandschap

De Grote Nete en haar vallei vormen ontegensprekelijk de ruggengraat van dit habitatrichtlijngebied. Het valleilandschap is dan ook een cruciale biotoopcluster in dit gebied als verbindingselement met de andere biotoopclusters. Het valleilandschap omvat de volgende Europees te beschermen habitattypes en soorten

  • traagstromende laaglandbeken met zuurstofrijk water en een goed ontwikkelde waterplantengemeenschap (3260)
  • alluviale bossen (91E0)
  • voedselrijke alluviale ruigtes (6430_hf)
  • overgangs- en trilveen (7140_meso)
  • laaggelegen schrale hooilanden (6510)
  • van nature voedselrijke plassen (3150)
  • beekprik
  • kleine modderkruiper
  • rivierdonderpad
  • bittervoorn
  • kamsalamander
  • vleermuizen die vochtige graslanden en open waterpartijen als foerageergebied verkiezen: meervleermuis, ruige en kleine dwergvleermuis en rosse vleermuis.

Daarnaast komen in dit landschap verschillende regionaal belangrijke biotopen voor met als voornaamste dotterbloemgraslanden, rietlanden, moerasspirearuigtes met graslandkenmerken en wilgenstruwelen.

De vallei van de Grote Nete is nog grotendeels onbebouwd. Intensieve landbouw onder de vorm van akkerbouw en voedergewassen (intensief grasland niet inbegrepen) is in de meeste deelgebieden beperkt tot een aantal percelen met uitzondering van deelgebied 1 en het uiterste oosten van deelgebied 4. De rivier heeft een naar Vlaamse normen goede tot zeer goede water- en structuurkwaliteit. Verschillende trajecten van de Grote Nete en haar zijbeken binnen dit gebied zijn momenteel reeds habitatwaardig waardoor het volgens de G-IHD essentieel is in Vlaanderen voor habitattype 3260. Het bovenlopenstelsel van de Grote Nete is verder zeer belangrijk voor beekprik (grootste populatie in Vlaanderen) en wordt vermoedelijk vanuit de Kleine Nete gekoloniseerd door kleine modderkruiper en rivierdonderpad. Andere in Vlaanderen zeldzame vissoorten, zoals kopvoorn, serpeling en kwabaal, werden de afgelopen jaren met succes in deze waterlopen geherintroduceerd. Verspreid in de vallei komt een aanzienlijke oppervlakte elzenbroekbossen (habitattype 91E0) en alluviale ruigtes (habitattype 6430_hf) voor. Hier en daar zijn er nog relicten van mesofiele hooilanden aanwezig en in de natte depressies hebben zich waardevolle mesotrofe overgangs- en trilvenen (habitattype 7140_meso) ontwikkeld. Voor al deze habitattypes is het gebied zeer belangrijk in Vlaanderen (cfr. G-IHD).

Stroomafwaarts het Albertkanaal werd de Grote Nete vroeger sterk uitgediept en vanaf Meerhout werd de rivier ingedijkt waardoor het contact met de vallei grotendeels verloren ging. Samen met deze ingrepen veroorzaken ontwateringsgrachten en sterke grondwateronttrekkingen op verschillende plaatsen een verdroging van de vallei. Deze verdroging uit zich o.m. in de verruiging van elzenbroekbossen en de vergrassing van alluviale ruigtes. Door gebrek aan (aangepast) beheer is de oppervlakte en de kwaliteit van de open beekdalhabitats (alluviale ruigtes, mesofiele hooilanden, overgangs- en trilvenen, …) sterk achteruit gegaan en worden de resterende relicten bedreigd door verbossing, verruiging en vergrassing. De uitbreiding van de vispopulaties wordt belemmerd door lokale knelpunten inzake water(bodem)kwaliteit en de aanwezigheid van verscheidene vismigratieknelpunten.

Inspelend op de bijzonder hoge ecologische waarde wordt een verdere versterking van de natuur in de bovenloop van de Grote Nete en haar vallei tot doel gesteld. De verdere verbetering van de waterkwaliteit en de beekstructuur zal leiden tot een toename van habitattype 3260 in het bovenlopenstelsel van de Grote Nete. De natuurlijke hydrologie van de vallei wordt hersteld. De vallei behoudt haar halfopen karakter met een afwisseling van elzenbroekbossen, wilgenstruwelen, alluviale ruigtes (habitat of rbb), mesofiele hooilanden, dotterbloemgraslanden, mesotrofe overgangs- en trilvenen, voedselrijke plassen en rietmoerassen. Het aandeel van de habitatwaardige vegetaties in de vallei zal sterk toenemen door spontane successie, omvorming en/of aangepast beheer. De resterende vismigratieknelpunten worden weggewerkt. Bovenstaande doelstellingen zullen eveneens resulteren in een toename van de populaties beekprik, kleine modderkruiper, rivierdonderpad en bittervoorn. Daarnaast zullen o.m. de volgende soorten profiteren van deze doelstellingen blauwborst, ijsvogel, sprinkhaanzanger, grote karekiet, rietgors, snor, … kwabaal, kopvoorn, serpeling, grote modderkruiper, snoek, … moerassprinkhaan, zompsprinkhaan, kustsprinkhaan, gevlekte witsnuitlibel, bandheidelibel, Kempense heidelibel, gewone bronlibel, beekoeverlibel, kleine ijsvogelvlinder, Spaanse vlag, …

Habitats - Valleilandschap

Habitat Oppervlaktedoelstelling Kwaliteitdoelstelling
Doel = +
3150 - Van nature eutrofe meren met vegetatie van het type Magnopotamion of Hydrocharition 7140_meso Mineraalarm circumneutraal overgangsveen Omschrijving

Kwaliteitsverbetering van de habitatwaardige vijvers en plassen (in totaal 55 ha) in het Griesbroek (deelgebied 1), het Zammels Broek (deelgebied 2), het Selguis (deelgebied 3), het Malesbroek en het Belsbroek (deelgebied 4) tot volwaardig habitat. Op alle plaatsen waar kwaliteitsverbetering van habitattype 3150 wordt beoogd, zal zich mesotroof overgangs- en trilveen (7140_meso) ontwikkelen als verlandingsvegetatie.

  • Helder, matig nutriëntenrijk (niet hypertroof) water met een matige stikstof- en fosforconcentratie en een min of meer neutrale tot matig alkalische pH.
  • Voldoende kensoorten in de waterplantengemeenschap.
  • Schuin aflopende oevers zonder te veel houtige opslag.
  • Natuurlijke visstand.
  • Geen invasieve exoten.
  • Grote modderkruiper, roerdomp, woudaap, porseleinhoen en zwarte stern zijn kwaliteitsindicatoren voor deze habitattypes.

Doel + +
3260 - Submontane en laagland rivieren met vegetaties behorend tot het Ranunculion fluitans en het Callitricho-Batrachion Omschrijving

Toename van dit habitattype tot minimaal 80% van het traject van de volgende waterlopen binnen SBZ: de Grote Nete, de Kleine Hoofdgracht-Balengracht, de Grote Hoofdgracht, de Asbeek, de Hanskenselsloop en de Brisdilloop in deelgebied 1; de Varendonkse Beek in deelgebied 2; Molse Nete in deelgebied 3; de Raamdonkse beek in deelgebied 7. Toename van dit habitattype tot minimaal 50% van het traject van de volgende waterlopen binnen SBZ: de Heiloop in deelgebied 1; de Grote Nete, de Scherpenbergloop en de Zeeploop in deelgebied 4; de Steenkensbeek in deelgebied 7. Ontwikkeling van habitatwaardige trajecten in de watervoerende grachten die in de waterlopen uitmonden.

  • Hooguit matig eutroof water met een lage stikstof- en fosforconcentratie , lage concentratie bestrijdingsmiddelen en lage sedimentvracht.
  • Natuurlijke beekstructuur (meandering, afwisseling sedimentfracties, …).
  • Hiervoor dienen ongezuiverde lozingen (overstorten voorzien van nazuivering), rechtstreekse afspoeling van sediment in de waterlopen en slib- of kruidruimingen voorkomen te worden.
  • Geen invasieve exoten (parelvederkruid, grote waternavel, …).

Doel = +
6430 Voedselrijke zoomvormende ruigten van het laagland, en van de montane en alpiene zones Omschrijving

Kwaliteitsverbetering van de habitatwaardige voedselrijke alluviale ruigtes (in totaal 112 ha) in de Grote Netevallei tot volwaardig habitat.

  • Maximaal 30 % vergrassing en verruiging.
  • Natuurlijke hydrologie in de vallei van de Grote Nete met een natuurlijke overstromings-dynamiek.
  • Cyclisch kap- en maaibeheer.
  • Spaanse vlag is een kwaliteitsindicator voor dit habitattype.

Doel + +
6510 - Laaggelegen schraal hooiland (Alopecurus pratensis, Sanguisorba officinalis) Omschrijving

Actueel 9 ha
Toename met 30 ha .

Voldoende grote hooilanden met aanwezigheid van kenmerkende plantensoorten in hoge bedekking, door aangepast beheer.

Doel + +
7140_meso Mineraalarm circumneutraal overgangsveen Omschrijving

Actueel 25 ha
Vlakvormige toename met 18 ha door omvorming van verboste graslanden, verdroogde alluviale ruigtes en/of naaldhoutbestanden op locaties in de Grote Netevallei met een veenbodem (De Most, Scheps, …).

  • Natuurlijke hydrologie in de vallei van de Grote Nete met een voldoende hoge kweldruk.
  • Aangepast maai- en kapbeheer.
  • Porseleinhoen, kwartelkoning, blauwborst, ijsvogel, beekprik, rivierdonderpad en Kempense heidelibel zijn kwaliteitsindicatoren voor dit habitattype.

Doel + +
91E0 - Alluviale bossen met Alnus glutinosa en Fraxinus excelsior (Alno-Padion, Alnion incanae, Salicion albae) Omschrijving

Actueel 260 ha
Toename tot 542 ha, met als richtwaarde voor bosuitbreiding 160 ha. Vanaf Stelen (deelgebied 5) stroomopwaarts dient alluviaal bos dominant in de vallei aanwezig te zijn met plaatselijk meer open zones. De belangrijkste toenames zullen gerealiseerd worden in de deelgebieden 1, 4, 6 en 7. De tot doel gestelde subtypes zijn: oligotroof elzenbroek (91E0_oli) in het oosten van deelgebied 1 (Overmaai, De Most, …); overwegend mesotroof elzenbroek (91E0_meso) in de rest van de Grote Netevallei (deelgebieden 1, 4 en 5); vogelkersessenbos (91E0_veb) langsheen de Kalsterloop in de Langdonken (deelgebied 6) en de Steenkensbeek in het Goor-Asbroek (deelgebied 7).

  • Natuurlijke hydrologie in de vallei van de Grote Nete met een voldoende hoog grondwaterpeil, een voldoende hoge kweldruk en een natuurlijke overstromingsdynamiek.
  • Voldoende aandeel (dik) dood hout.
  • Voldoende soortenrijkdom en bedekking van sleutelsoorten in de kruidlaag.
  • Voldoende open plekken (max. 3 ha) met mesotroof overgangs- en trilveen (7140_meso) en/of alluviale ruigtes (6430_hf of rbbhf).
  • Geleidelijke bosranden aansluitend bij open vegetaties (graslanden, ruigtes, vijvers en moerassen).

Soorten - Valleilandschap

Soort Populatiedoelstelling Kwaliteitdoelstelling
Doel + +
Beekprik Omschrijving

Behoud van de goede staat van instandhouding van de populaties in de Kleine Hoofdgracht-Balengracht en in de Grote Nete stroomafwaarts de Hoolstmolen. Dit houdt in: minstens 5 individuen per m2 in typische microhabitats (of meer dan 200 individuen per ha in beviste trajecten), minstens 3 lengteklassen aanwezig en steeds adulten aanwezig bij bemonstering in de reproductieperiode. Uitbreiding van het areaal en van de huidige populaties naar het stroomopwaartse traject van de Grote Nete en naar andere waterlopen in dit gebied (Zeeploop, Heiloop, Asbeek, …). Ook hier wordt gestreefd naar een goede staat van instandhouding. Deze doelstellingen sporen samen met de doelstellingen voor habitattype 3260.

  • Bijkomende kwaliteitseisen ten opzichte van het habitattype 3260 inzake BZV, zuurstofgehalte en temperatuur en afwezigheid migratieknelpunten.
  • Goed ontwikkeld stroomkuilenpatroon met slibbanken en plaatsen met een substraat van zand en kiezel.
  • Geen slib- of kruidruimingen in de beektrajecten waar de soort voorkomt.
  • Geen vismigratieknelpunten (stuwen, duikers, …).
  • Deze doelstellingen sporen samen met de doelstellingen voor habitattype 3260.

Doel + +
Bittervoorn Omschrijving

Versterking van de populaties in vijvers en plassen in het Selguis (deelgebied 3) en het Malesbroek (deelgebied 4). Deze doelstelling spoort samen met de doelstellingen voor habitattype 3150.

  • Goed ontwikkelde waterplantenvegetaties in de vijvers en plassen waar de soort voorkomt of kan voorkomen.
  • Deze doelstelling spoort samen met de doelstellingen voor habitattype 3150.
  • Aanwezigheid van zoetwatermossels van het geslacht Uno of Anodonta.
  • Open verbindingen tussen vijvers en plassen in het Selguis en het Malesbroek met resp.
  • de Molse en de Grote Nete.

Doel =/+ +
Gewone dwergvleermuis, Laatvlieger Omschrijving

Instandhouding of indien mogelijke groei van de huidige populaties.

  • Behoud, herstel en ontwikkeling van kleine landschapselementen (vooral bomenrijen en houtwallen) en een halfopen landschap.
  • Voldoende gemengde loofbossen en parken in de omgeving van de foerageergebieden.
  • Toename van het aantal (oude) bomen met holtes en spleten.

Doel + +
Kamsalamander Omschrijving

Versterking van de populatie in de Langdonken tot een relatieve populatiegrootte van minstens 50 adulte individuen. Deze doelstelling spoort samen met de tot doel gestelde kwaliteitsverbetering van habitattype 3150.

  • Natuurlijke visstand en goede waterkwaliteit in de plassen.
  • Aanleg van een cluster van drie nieuwe permanent waterhoudende poelen van verschillende diepte in het oosten van de Langdonken.
  • Kleinschalig landschap met opgaande vegetatie in de buurt van de waterhabitat.
  • Geen migratiebarrières tussen land- en waterhabitat.

Doel =/+ +
Kleine dwergvleermuis, Meervleermuis, Rosse vleermuis, Ruige dwergvleermuis Omschrijving

Behoud of indien mogelijk toename van de huidige populaties.

  • Voldoende gemengde loofbossen en parken in de omgeving van de foerageergebieden.
  • Toename van het aantal (oude) bomen met holtes en spleten.
  • Open water (grote waterplassen, rivieren en kanalen) met beschutte, vegetatierijke oevers of gevarieerde beekvalleien (met vochtige graslanden, ruigtes, perceelsrandbegroeiing, …) in de onmiddellijke omgeving van de zomerverblijfplaatsen.
  • Verbetering van de waterkwaliteit van open water.
  • Natuurlijke visstand en zo weinig mogelijk invasieve exoten in de waterplassen.
  • Behoud, herstel en ontwikkeling van lijnvormige kleine landschapselementen (bomenrijen, houtkanten, …) op de aanvliegroutes naar de winterverblijfplaatsen en als verbinding tussen de zomerkolonies en de foerageergebieden.
  • Vermijden van lichtpollutie op vliegroutes en jachtplaatsen.

Doel + +
Kleine modderkruiper, Rivierdonderpad Omschrijving

Uitbreiding van het areaal en van de huidige populaties naar de bovenloop van de Grote Nete en haar zijbeken. Er wordt voor beide soorten gestreefd naar een goede staat van instandhouding, d.w.z. een abundantie van minstens 2000 (kleine modderkruiper) resp. 200 (rivierdonderpad) individuen per ha en de aanwezigheid van alle lengteklassen (leeftijdsgroepen). Deze doelstellingen sporen samen met de doelstellingen voor habitattype 3260.

  • Bijkomende kwaliteitseisen ten opzichte van het habitattype 3260 inzake BZV, zuurstofgehalte en temperatuur en afwezigheid migratieknelpunten.
  • Substraat van zand (kleine modderkruiper) of zand met grind, ijzerzandsteen, grote stenen en dood hout (rivierdonderpad).
  • Geen rechtstreekse afspoeling van sediment in de beektrajecten waar rivierdonderpad voorkomt.
  • Geen vismigratieknelpunten (stuwen, duikers, …).
  • Deze doelstellingen sporen samen met de doelstellingen voor habitattype 3260.

Heidelandschap

Het heidelandschap komt in dit gebied onder twee verschillende vormen voor. Enerzijds zijn er de rivierduinen (Keiheuvel, Scherpenbergen, Geel-Bel) die goede potenties hebben voor de ontwikkeling van duinheide en duingrasland. Anderzijds zijn er de goed gebufferde heide- en vennenlandschappen in de Langdonken en het Goor.Het heidelandschap in dit gebied is relevant voor volgende Europees te beschermen habitattypes en soorten:

  • duinheide (2310);
  • duingrasland (2330);
  • voedselarme tot matig voedselrijke vennen en plassen (3130);
  • soortenrijk heischraal grasland (6230);
  • blauwgrasland (6410_mo);
  • basenrijk overgangsveen met draadzegge (7140_cl);
  • vochtige heide (4010) met slenken (7150);
  • droge heide (4030);
  • drijvende waterweegbree;
  • poelkikker.

Met lokaal nog veel open zand en talrijke geleidelijke overgangen van open habitat naar bos is de Keiheuvel zonder twijfel het kerngebied voor duingraslanden (habitattype 2330) in het oosten van de provincie Antwerpen. Een hele reeks kwetsbare of bedreigde soorten vindt hier een leefgebied. Dit gebied is dan ook zeer belangrijk in Vlaanderen voor dit habitattype (cfr. G-IHD). Ook op de paraboolduin van Geel-Bel komt dit habitattype voor. Duinheide (habitattype 2310) is in dit gebied slechts marginaal aanwezig.Dankzij de gunstige abiotiek en ingrijpende natuurherstelwerken in de periode 2002-2007 komen in het Goor en vooral in de Langdonken zeer goed ontwikkelde oeverkruidgemeenschappen (habitattypes 3130_aom) en soortenrijke heischrale graslanden (habitattypes 6230) voor. Voor het eerste habitattype is dit gebied essentieel in Vlaanderen, voor het tweede zeer belangrijk (cfr. G-IHD). Het gebied is ook zeer belangrijk voor drijvende waterweegbree, een habitattypische soort van oeverkruidgemeenschappen. De Langdonken is verder de laatste groeiplaats in Vlaanderen van Spaanse ruiter, een kensoort van blauwgraslanden(habitattype 6410_mo). Natte en droge heide zijn slechts marginaal aanwezig in complex met andere habitattypes.

Door bebossing van de landduinen met naaldhout en de verspreide vestiging van weekendverblijven vanaf de jaren 1960 is de oppervlakte en de kwaliteit van de duinhabitats sterk achteruit gegaan waardoor de habitats en de habitattypische soorten niet in een gunstige staat van instandhouding verkeren. In Geel-Bel is er bovendien te veel open zand door intensieve betreding. In de Langdonken en het Goor vormen de vele weekendverblijven een risico op eutrofiëring van de oligotrofe habitattypes en de verspreiding van invasieve exoten. Het blauwgraslandrelict is zeer klein en dus zeer kwetsbaar voor uitsterven.

Door het gericht verwijderen van boomopslag tussen de versnipperde habitatvlekken in combinatie met gerichte ontbossingen zal op de Keiheuvel een aaneengesloten heidegebied van meer dan 100 ha gerealiseerd worden. Het aangrenzende zuidwest-noordoost georiënteerde vliegveld maakt bovendien het ontstaan van beperkte windwerking mogelijk. Op de paraboolduin van Geel-Bel wordt een middelgrote kern duinheide en duingrasland gecreëerd via omvorming van naaldhout. In Geel-Bel zal ook een kern van ca. 10 ha vochtige heide met vennen gerealiseerd worden. Via de omvorming van vis- en recreatievijvers en jong bos zal de oppervlakte plassen met oeverkruidgemeenschappen en heischraal grasland in de Langdonken en het Goor nog verder uitgebreid worden zodat daar duurzame populaties van habitattypische soorten kunnen ontstaan. In de Langdonken zal deze toename in de kaart spelen van de vogelrichtlijnsoorten porseleinhoen, blauwborst en ijsvogel. Een aanzienlijke toename van het blauwgraslandrelict in de Langdonken op meerdere historische groeiplaatsen van Spaanse ruiter zal het risico op verdwijnen sterk verminderen.

Bovenstaande doelstellingen zullen eveneens resulteren in een toename van de populaties drijvende waterweegbree en poelkikker. Daarnaast zullen o.m. volgende habitattypische soorten profiteren van deze doelstellingen:

  • nachtzwaluw, boomleeuwerik, boompieper, tapuit, boomvalk, …;
  • levendbarende hagedis …;
  • boswitje, bruine vuurvlinder, veldparelmoervlinder, harkwesp, …;

Habitats - Heidelandschap

Habitat Oppervlaktedoelstelling Kwaliteitdoelstelling
Doel + +
2310 – Psammofiele heide met Calluna- en Genistasoorten en 2330 - Open grasland met Corynephorus- en Agrostissoorten op landduinen Omschrijving

Actueel 60 ha
Toename met 90 ha , met als richtwaarde vooromvorming van aangeplant naaldhout 60-70ha. De grootste omvorming zal plaats vinden op de Keiheuvel waar gestreefd wordt naar een aaneengesloten kern van minstens 110 ha. In Geel-Bel wordt gestreefd naar een aaneengesloten kern van minstens 30 ha. In het gebied Scherpenbergen-De Hutten zullen de landduinhabitats zich eerder kleinschalig ontwikkelen als toename van bestaande relicten, als open plekken in de bossfeer of als corridors.

  • Maximaal 10 % verbossing en 30 % vergrassing.
  • Aanwezigheid van alle successiestadia van Struikhei in de duinheide.
  • Beperkte dynamiek (zandverstuiving) op de Keiheuvel.
  • Maximaal 50 % open zand in Geel-Bel.

Doel + +
3130 - Oligotrofe tot mesotrofe stilstaande wateren met vegetatie behorend tot het Littorelletalia uniflorae en/of Isoëto-Nanojuncetea en 7140_cl Basenrijk overgangsveen met Draadzegge Omschrijving

Actueel 18 ha habitattype 3130
Toename met 10 ha door omvorming van vis- en recreatievijvers en natte depressies. Veruit de grootste omvorming zal plaats vinden in de Langdonken (deelgebied 6). Samen met de oppervlaktetoename van habitattype 3130 zal de oppervlakte van de verlandingsvegetaties (habitattypes 7140_cl) toenemen.

  • Helder, zeer zwak tot matig gebufferd en min of meer nutriëntenarm water met een lage stikstof- en fosforconcentratie (totaal fosfor ≤ 40 µg/l) en een matig zure tot circumneutrale pH (pH 5-7,5).
  • Schommelende waterstanden met periodieke droogval.
  • Geen invasieve exoten (watercrassula, …).
  • Gevlekte witsnuitlibel en venwitsnuitlibel zijn kwaliteitsindicatoren voor dit habitattype.

Doel + +
4010 - Noord-Atlantische vochtige heide met Erica tetralix en 7150 Slenken in veengronden met vegetatie behorend tot het Rhynchosporion Omschrijving

Actueel 2 ha
Toename met 8 ha, prioritair door omvorming van verruigde graslanden in de depressies van de paraboolduinen van Scherpenbergen-De Hutten en Geel-Bel (deelgebied 4).

  • Natuurlijke hydrologie met een voldoende hoge grondwaterstand.
  • Jaarlijks maaibeheer.

Doel + +
4030 - Droge Europese heide Omschrijving

Behoud van de actuele oppervlakte (ca. 8 ha) in de Langdonken en het Goor.

Jaarlijks maaibeheer.

Doel + =
6230 - Soortenrijke heischrale graslanden op arme bodems van berggebieden (en van submontane gebieden in het binnenland van Europa) Subtype 6230_hmo Vochtig heischraal grasland Subtype 6230_ha Soortenrijk struisgrasland Omschrijving

Actueel 8 ha
Toename met 23 ha door omvorming van niet-habitatwaardig jong bos.
Veruit de grootste omvorming zal plaats vinden in de Langdonken (deelgebied 6).

Maximaal 10 % verbossing en 30 % vergrassing

Doel + +
6410 - Grasland met Molinia op kalkhoudende, venige of lemige kleibodem (Eu-Molinion) Subtype 6410_mo Blauwgrasland Omschrijving

Actueel 0,02 ha
Toename tot 2 ha op de historische vindplaatsen van Spaanse ruiter door omvorming van niet-habitatwaardige graslanden en naaldhoutbestanden in de Langdonken (deelgebied 6)

  • Meer sleutelsoorten.
  • Aangepast beheer.

Soorten - Heidelandschap

Soort Populatiedoelstelling Kwaliteitdoelstelling
Doel + +
Blauwborst Omschrijving

Minimaal 3 broedparen in de Langdonken.

  • Droogvallende oevers van plassen rijk aan insecten.
  • Verspreide struiken als zangpost.

Doel + +
Drijvende waterweegbree Omschrijving

Uitbreiding van het aantal populaties in de Langdonken tot verschillende structureel samenhangende groeiplaatsen van samen meer dan 50 m2 en meer dan 1000 planten per populatie. Uitbreiding van de populatie in het Goor tot één aaneengesloten populatie van 10-1000 planten

Geen invasieve exoten.

Doel =/+ +
Gewone dwergvleermuis, Laatvlieger Omschrijving

Instandhouding of indien mogelijke groei van de huidige populaties.

  • Behoud, herstel en ontwikkeling van kleine landschapselementen (vooral bomenrijen en houtwallen) en een halfopen landschap.
  • Voldoende gemengde loofbossen en parken in de omgeving van de foerageergebieden.
  • Toename van het aantal (oude) bomen met holtes en spleten.

Doel + +
IJsvogel Omschrijving

Minimaal 3-5 broedparen in de Langdonken.

  • Helder water met een voldoende aanbod aan kleine vissen.
  • Voldoende nestgelegenheid in de vorm van wortelkluiten van omgevallen bomen in de nabijheid van de plassen.

Doel + +
Poelkikker Omschrijving

Toename van de actuele populatie in het Goor-Asbroek tot een relatieve populatiegrootte van minstens 200 roepende mannetjes. Deze doelstelling spoort samen met de tot doel gestelde toename van vennen met Oeverkruidgemeenschappen (habitattype 3130_aom).

  • Geen migratiebarrière tussen het Goor-Asbroek en de vallei van de Grote Nete.
  • Natuurlijke visstand.
  • Bestrijding van invasieve exoten, onder meer stierkikker.

Doel + +
Porseleinhoen Omschrijving

1-3 broedparen in de Langdonken.

  • Verhoging van het waterbergend vermogen van de depressies en van de omgeving van de Kalsterloop.
  • Ontwikkeling van grote zeggenvegetaties en rietlanden langs de Kalsterloop.

Boslandschap

Met dit landschap worden de droge loofbossen bedoeld. De alluviale bossen maken deel uit van het valleilandschap. Het boslandschap omvat volgende Europees te beschermen habitattypes:

  • zuurminnende eiken-beukenbossen (9120)
  • zuurminnende eiken-berkenbossen (9190)
  • eiken-haagbeukenbossen (9160).

Zuurminnend eiken-beukenbos is het meest voorkomende bostype in dit gebied. Het is dominant in het Prinsenbos, het Asbroek en het Varenbroek. Op de droge zandgronden van de rivierduinen (Keiheuvel, Scherpenbergen-De Hutten, Geel-Bel) kunnen stabiele bestanden zuurminnend eiken-berkenbos ontwikkelen.

Momenteel komt dit bostype er enkel voor als spontane opslag in aangeplant naaldhout. Eiken-haagbeukenbossen zijn slechts marginaal aanwezig in het Varenbroek en het Asbroek. Momenteel wordt in geen enkel habitatwaardig bos het Minimum Structuurareaal bereikt. De horizontale structuur is meestal ondermaats met te weinig (dik) dood hout en soms ook een te groot aandeel invasieve exoten ( Amerikaanse eik en Amerikaanse vogelkers). Vaak zijn er ook te weinig habitattypische soorten aanwezig in de kruidlaag.

Via kwaliteitsverbetering, omvorming van niet-habitatwaardig bos en effectieve bosuitbreiding worden de bestaande waardevolle boskernen in het Prinsenbos, het Asbroek en het Varenbroek versterkt en beter met elkaar verbonden. Op de rivierduinen zal het aandeel habitatwaardig eiken-berkenbos sterk toenemen door de omvorming van een deel van de naaldhoutbestanden. Wespendief, zwarte specht, nachtzwaluw en boomleeuwerik liften mee met deze doelstellingen. Volgende habitattypische soorten zullen profiteren van deze doelstellingen: gekraagde roodstaart, bonte vliegenvanger, … bruine eikenpage.

Habitats - Boslandschap

Habitat Oppervlaktedoelstelling Kwaliteitdoelstelling
Doel + +
9120 - Atlantische zuurminnende beukenbossen met Ilex en soms ook Taxus in de ondergroei (Quercion robori-petraeae of Ilici-Fagenion) Omschrijving

Actueel 143 ha
Toename tot 241 ha, met als richtwaarde voorbosuitbreiding 62 ha. De belangrijkste omvormingen zullen gerealiseerd worden in de Langdonken (deelgebied 6), het Prinsenbos en het Asbroek (beiden in deelgebied 7). Effectieve bosuitbreiding is voorzien in het Varenbroek (deelgebied 2), het Asbroek, het Prinsenbos en het Kattenbos (alle drie in deelgebied 7).

  • Voldoende spontane verjonging en heterogeniteit (qua leeftijd en soort) van het bomenbestand.
  • Zo weinig mogelijke invasieve exoten.
  • Voldoende aandeel (dik) dood hout.
  • Voldoende soortenrijkdom en bedekking van sleutelsoorten in de kruidlaag.
  • Maximaal 10 % verruiging.
  • Voldoende open plekken (tot 3 ha) met droge heide (4030) en/of droog heischraal grasland (6230) met het oog op de creatie van een functioneel netwerk voor habitattypische soorten.
  • Geleidelijke bosranden aansluitend op open habitattypes (droge heide en/of droog heischraal grasland).
  • Middelste bonte specht, houtsnip, wespendief en boommarter zijn kwaliteitsindicatoren voor dit habitattype.

Doel = +
9160 - Sub-Atlantische en Midden-Europese wintereikenbossen of eiken-haagbeukbossen behorend tot het Carpinion-betuli Omschrijving

Behoud van de actuele oppervlakte (16 ha) in het Varenbroek (deelgebied 2) en het Goor-Asbroek (deelgebied 7).

  • Voldoende spontane verjonging en heterogeniteit (qua leeftijd en soort) van het bomenbestand.
  • Zo weinig mogelijke invasieve exoten.
  • Voldoende aandeel (dik) dood hout.
  • Voldoende soortenrijkdom en bedekking van sleutelsoorten in de kruidlaag.

Doel + +
9190 - Oude zuurminnende eikenbossen met Quercus robur op zandvlakten Omschrijving

Actueel 24 ha
Toename tot 117 ha. Deze toename wordt volledig gerealiseerd door omvorming van aangeplant naaldhout op de Keiheuvel (deelgebied 1) en op de paraboolduinen van Scherpenbergen-De Hutten en Geel-Bel (deelgebied 4).

  • Voldoende spontane verjonging en heterogeniteit (qua leeftijd en soort) van het bomenbestand.
  • Zo weinig mogelijke invasieve exoten.
  • Voldoende aandeel (dik) dood hout.
  • Voldoende soortenrijkdom en bedekking van sleutelsoorten in de kruidlaag.
  • Voldoende open plekken (tot 3 ha) met duinheide (2310), duingrasland (2330) en/of droog heischraal grasland (6230) met het oog op de creatie van een functioneel netwerk voor habitattypische soorten.
  • Geleidelijke bosranden aansluitend op open habitattypes (duinheide, duingrasland en/of droog heischraal grasland).
  • Nachtzwaluw, boomleeuwerik, wespendief en zwarte specht zijn kwaliteitsindicatoren voor dit habitattype.

Soorten - Boslandschap

Soort Populatiedoelstelling Kwaliteitdoelstelling
Doel =/+ +
Gewone dwergvleermuis, Laatvlieger Omschrijving

Instandhouding of indien mogelijke groei van de huidige populaties.

  • Behoud, herstel en ontwikkeling van kleine landschapselementen (vooral bomenrijen en houtwallen) en een halfopen landschap.
  • Voldoende gemengde loofbossen en parken in de omgeving van de foerageergebieden.
  • Toename van het aantal (oude) bomen met holtes en spleten.

Doel = +
Wespendief Omschrijving

Behoud van het aantal broedparen (1 tot 2) in de Langdonken (deelgebied 6).

  • Gemengde (loof) bossen met voldoende oude bomen en open plekken.
  • Voldoende bermen, houtkanten en bosranden in de omgeving.

Doel = +
Zwarte specht Omschrijving

Behoud van het aantal broedparen (2 tot 4) in de Langdonken (deelgebied 6).

  • Veroudering van de bosbestanden.
  • Voldoende staand dood hout.

Moeraslandschap

Het deelgebied Zammels Broek van deze speciale beschermingszone overlapt met het projectgebied van het geactualiseerd Sigmaplan. Via dit plan dienen o.m. de instandhoudingsdoelstellingen voor het Schelde-estuarium gerealiseerd te worden [*]. In de gewestelijke instandhoudingsdoelstellingen (G-IHD) werden voor doelsoorten van het Schelde-estuarium doelstellingen voor extra oppervlakte leefgebied binnen Sigmagebied geformuleerd. Een deel van de doelstellingen voor roerdomp, woudaap, porseleinhoen en kwartelkoning zal worden gerealiseerd in het Zammels Broek.

In het Zammels Broek kunnen via ingrepen in de Grote Nete en de drainagegrachten de grondwaterstanden voldoende opgetrokken worden om ca. 125 ha extra leefgebied te creëren voor vogels van grootschalige rietmoerassen (roerdomp, woudaap, porseleinhoen en bruine kiekendief). Dit leefgebied bestaat grotendeels uit waterriet (rbb_mr) aangevuld met grote zeggenvegetaties (rbb_mc) en open water (rbb_ae). Het minder te vernatten deel van het Zammels Broek (> 60 ha) zal ingericht worden als een mozaïek van graslanden en ruigtes (rbb_hc, rbb_hu en rbb_hf) als foerageergebied voor bruine kiekendief en potentieel leefgebied voor kwartelkoning. Door de natuurdoelen in het aangrenzende Trichelbroek hierop af te stemmen kan voor grotere en dus stabielere deelpopulaties van deze soorten leefgebied gecreëerd worden.

[*] De instandhoudingsdoelstellingen voor het Schelde-estuarium en het geactualiseerd Sigmaplan werden bekrachtigd door de beslissing van de Vlaamse Regering van 22 juli 2005.

Soorten - Moeraslandschap

Soort Populatiedoelstelling Kwaliteitdoelstelling
Doel + +
Bruine kiekendief Omschrijving

1 broedpaar

  • Nestplaats: uitgestrekte rietvelden en moerassen met dichte vegetatie en weinig bomen.
  • Foerageergebied: voldoende groot moerasgebied in de buurt van open water of vochtige weilanden en cultuurland met groot voedselaanbod.

Doel =/+ +
Gewone dwergvleermuis, Laatvlieger Omschrijving

Instandhouding of indien mogelijke groei van de huidige populaties.

  • Behoud, herstel en ontwikkeling van kleine landschapselementen (vooral bomenrijen en houtwallen) en een halfopen landschap.
  • Voldoende gemengde loofbossen en parken in de omgeving van de foerageergebieden.
  • Toename van het aantal (oude) bomen met holtes en spleten.

Doel + +
Kwartelkoning Omschrijving

1 broedpaar (voorzien in het Sigmaplan)

  • Overwegend droge onbemeste bloemrijke hooilanden (ca. 80%) en deels vochtige tot moerassige bodem (ca. 20%).
  • Weinig of geen bomen of struiken.
  • Geen (intensieve) begrazing.

Doel + +
Porseleinhoen Omschrijving

3-4 broedparen (voorzien in het Sigmaplan).

Halfopen tot open waterrijk rietmoeras afgewisseld met zones met lagere moerasvegetaties.

Doel + +
Roerdomp Omschrijving

4 broedparen (waarvan 3 bp voorzien in het Sigmaplan). Dit betekent in totaal een oppervlakte geschikt leefgebied van 120-200 ha, waarvan 118 ha extra leefgebied in Zammelsbroek en 35 ha extra leefgebied in Trichelbroek.

Halfopen tot open waterrijk moeras met:

  • overjarige brede rietkragen met gevarieerd periodiek maaibeheer;
  • veel overgangszones riet-water en riet-grasland;
  • waterpartijen tot 2,5 m diep, met ondiepe zones en een natuurlijke peildynamiek;
  • geen of weinig verstoring.

Doel + +
Woudaap Omschrijving

6-8 broedparen.

Halfopen tot open waterrijk moeras met:

  • overjarige brede rietkragen met gevarieerd periodiek maaibeheer;
  • veel overgangszones riet-water en riet-grasland;
  • waterpartijen tot 2,5 m diep, met ondiepe zones en een natuurlijke peildynamiek;
  • geen of weinig verstoring.

2.2 Prioritaire inspanningen

In samenhang met de hoger beschreven doelstellingen is in het S-IHD-besluit door de Vlaamse Regering een aantal prioritaire inspanningen vastgesteld. Dit is een globale omschrijving van de acties die noodzakelijk zijn voor de realisatie van deze doelstellingen. Voor de uitvoering van de prioritaire inspanningen zijn vaak meerdere acties nodig. Hoofdstuk 4 van dit voortgangsdocument (Inspanningsmatrix) geeft de concrete acties weer die uitvoering geven aan deze prioritaire inspanningen.

Inspanning Omschrijving Inspanning
PI 1 Herstel van de natuurlijke hydrologie in de vallei van de Grote Nete en haar infiltratiegebieden

Het herstel van de natuurlijke hydrologie is een essentiële randvoorwaarde voor het bereiken van een goede staat van instandhouding voor de tot doel gestelde habitattypes en soorten in het valleilandschap. De talrijke drainagegrachten in de Grote Netevallei, die hun functie verloren hebben omdat er geen intensief landbouwgebruik meer is, dienen door de beheerder verondiept of omgelegd te worden. De opgepompte debieten van de grondwaterwinning voor drinkwaterproductie in het Scheps dienen verder afgestemd te worden op de standplaatsvoorwaarden van de habitattypes die daar tot doel gesteld worden (mesotrofe elzenbroekbossen en mesotrofe overgangs- en trilvenen). Na het uitvoeren van een ecohydrologische studie zal in de Most een geschikt peilbeheer ingesteld worden voor de tot doel gestelde trilvenen en elzenbroekbossen. Het omvormen van naaldhoutbestanden op de landduinen naar inheems loofhout of duinhabitats (zie PI 7: Versterking van de bestaande boshabitatkernen) zal de infiltratiecapaciteit van die landduinen verhogen.

In de integrale waterbeheerplannen op stroomgebied-, bekken- en deelbekkenniveau zijn reeds verscheidene acties voorzien om de natuurlijke overstromingsdynamiek van de Grote Nete gedeeltelijk te herstellen. Belangrijke projecten van de Vlaamse Milieumaatschappij (VMM), opgenomen in het bekkenbeheerplan (BBP) van het Netebekken, in dit verband zijn de hermeandering van de Grote Nete vanaf de watermolen van Meerhout tot de samenvloeiing met de Molse Nete (actie A15 van het BBP) en het afbakenen van een oeverzone langs de Grote Nete vanaf de samenvloeiing met de Molse Nete tot het Albertkanaal t.b.v. een vrije natuurlijke ontwikkeling (actie A77 van het BBP). In het kader van het geactualiseerd Sigmaplan zal Waterwegen en Zeekanaal (W&Z) afwaarts het Albertkanaal op verschillende plaatsen de dijken langs de Grote Nete verlagen of terugtrekken zodat de rivier bij hoge afvoeren opnieuw haar winterbedding kan innemen. Verder zal binnen het projectgebied van het Sigmaplan het waterpeil in de Grote Nete aanzienlijk opgetrokken worden via het aanleggen van drempels in de bedding. Hierdoor zullen ook de grondwatertafels binnen het projectgebied stijgen. In deelgebied 2 zullen opwaarts de Zammelse brug een 7-tal drempels aangelegd worden in de bedding van de Grote Nete. Daarnaast worden in dit deelgebied een 6-tal dijkverlagingen (bressen) voorzien.

PI 2 Verdere verbetering van de waterkwaliteit

Voor de instandhouding van de habitattypes en soorten in het valleilandschap, in de eerste plaats de Europees te beschermen vissoorten, is een verdere verbetering van de waterkwaliteit essentieel. Bij de goedkeuring van de stroomgebiedbeheerplannen voor de Schelde en de Maas op 8 oktober 2010 werd de Grote Nete vanaf de monding van de Kleine Hoofdgracht-Balengracht tot de monding van de Grote Laak aangeduid als één van de 7 zogenaamde speerpuntgebieden waarvoor reeds in 2015 de goede toestand moet worden bereikt.

Een belangrijke aanvullende maatregel om dit doel te bereiken is de aanleg van bufferstroken op akkers langsheen de waterlopen. Dit is een maatregel uit het maatregelenprogramma van de stroomgebiedbeheerplannen die op basis van vrijwilligheid en in overleg met de landbouwadministratie en de landbouwsector ingezet wordt. In het bovenlopenstelsel van de Grote Nete zetten de verschillende waterbeheerders en de VLM sterk in op deze maatregel om de afspoeling van sediment, meststoffen en herbiciden naar de waterlopen tegen te gaan. Hierdoor zal de waterkwaliteit verbeteren en zal de soms explosieve kruidgroei in de waterlopen verminderen zodat er minder geruimd moet worden. De aanleg van bufferstroken zal dus ongetwijfeld bijdragen tot het bereiken van een goede staat van instandhouding van de tot doel gestelde vissoorten en de ontwikkeling van habitattype 3260 in deze waterlopen. Woningen die ongezuiverd huishoudelijk afvalwater lozen, dienen zo snel mogelijk aangesloten te worden op de riolering of voorzien te worden van een IBA [*]. In navolging van de sanering van overstort Fazant (zie bij Kansen) zullen ook andere overstorten met een belangrijke impact op de waterkwaliteit (o.m. overstort Gewad op de Grote Nete, overstorten Borgerhoutsedijk, Slachthuisstraat en Slagmolenstraat op de Molse Nete, overstorten op de Asbeek in Leopoldsburg) gesaneerd worden.

De Grote Laak werd aangeduid als één van de 8 speerpuntgebieden waarvoor tegen 2015 een belangrijke kwaliteitsverbetering gerealiseerd moet worden. Vanaf 2014 zal door Tessenderlo Chemie gekozen worden voor een fosfaatproductie zonder zoutzuur en zullen de zoutlozingen naar de Grote Laak teruggebracht worden tot één tiende van de huidige vuilvracht. Daarna kan begonnen worden aan de sanering van de zwaar verontreinigde waterbodem en oeverzone van deze waterloop. Ook de waterbodem van de Molse Nete zal gesaneerd worden.

[*] Individuele Behandelingsinstallatie voor Afvalwater

PI 3 Herstel van de natuurlijke beekstructuur en de connectiviteit

Oeverherstel, hermeandering en het aantakken van oude meanders en zijarmen (bv. de Molenlaak) verbeteren de beekstructuur en vergroten het leefgebied voor beekprik, kleine modderkruiper en rivierdonderpad. Ook een betere uitwisseling tussen de zomer- en de winterbedding van de waterlopen vergroot de beschikbare habitatoppervlakte voor deze vissoorten. De hermeandering van de Grote Nete tussen Meerhout en de samenvloeiing met de Molse Nete door VMM en de herinrichting van de Grote Netevallei afwaarts het Albertkanaal door W&Z (zie inspanning 1) komen dus ook de visfauna ten goede.

Vismigratieknelpunten vormen een obstakel voor de verdere kolonisatie van de Grote Nete en haar bovenlopen door kleine modderkruiper en rivierdonderpad. Bovendien belemmeren ze de uitbreiding van het areaal van beekprik. De aanwezige vismigratieknelpunten in het gebied dienen dus weggewerkt te worden door de verschillende waterbeheerders, te beginnen met de meest prioritaire [*] . Op de Grote Nete zijn dit onder meer de stuwen ter hoogte van het Malesbroek en het Belsbroek en de Straalmolen en de Hoolstmolen.

Sommige vijvers en plassen in het Malesbroek en het Selguis zullen aangetakt worden met de Grote Nete of de Molse Nete zodat bittervoorn de mogelijkheid krijgt om nieuwe vijvers en plassen te koloniseren.Waterlooptrajecten waar tot doel gestelde vissoorten voorkomen, worden niet of slechts bij dringende noodzaak geruimd.

[*] Op de website www.vismigratie.be kunnen per waterloop de aanwezige vismigratieknelpunten en hun saneringsprioriteit opgevraagd worden uit de databank en getoond worden op kaart.

PI 4 Realisatie van een samenhangend netwerk van alluviale bossen, natte graslanden, alluviale ruigtes en moerassen in de vallei van de Grote Nete

In de vallei van de Grote Nete tussen de Overmaai en het Albertkanaal wordt via omvorming van verruigde of verboste graslanden en spontane successie een samenhangend netwerk van valleigebonden ecotopen gerealiseerd. Dit netwerk omvat zowel Europees beschermde habitats (elzenbroekbossen, voedselrijke alluviale ruigtes, mesofiele hooilanden, overgangs- en trilvenen) als regionaal belangrijke biotopen (dotterbloemgraslanden, rietlanden, moerasspirearuigtes met graslandkenmerken en wilgenstruwelen). Het halfopen karakter van de vallei wordt hierbij gevrijwaard. Het grootste deel van deze inspanning wordt gedragen door ANB of een terreinbeherende vereniging. Voor het beheer van de graslanden kan een beroep gedaan worden op plaatselijke landbouwers. Zowel ANB als terreinbeherende verenigingen kunnen hiervoor gebruiksovereenkomsten afsluiten met landbouwers.

In de venige laagte van de Most zal de oppervlakte overgangs- en trilvenen aanzienlijk uitgebreid worden door omvorming van niet-habitatwaardig bos en door pitrus gedomineerde vegetaties. Achterstallig beheer van verboste en verruigde trilvenen zal weggewerkt worden. Deze inspanningen worden gedragen door ANB.

PI 5 Realisatie van een uitgestrekt moerasgebied in het Zammels Broek en het Trichelbroek als leefgebied voor roerdomp, woudaap en porseleinhoen

In het kader van het geactualiseerd Sigmaplan zal in het Zammels Broek ca. 125 ha leefgebied gecreëerd worden voor roerdomp, woudaapje en porseleinhoen. Ook in het aangrenzende Trichelbroek kan leefgebied voor deze vogelsoorten gecreëerd worden. Dit leefgebied zal bestaan uit rietlanden, grote zeggenvegetaties en open water. Hiertoe zullen de grondwaterstanden verhoogd worden via een verhoging van het bodempeil van de Grote Nete. De resterende oppervlakte zal ingericht worden als mozaïek van graslanden en ruigtes als foerageergebied voor bruine kiekendief en potentieel habitat voor kwartelkoning. De aanpassingen aan de Grote Nete die noodzakelijk zijn voor de vernatting van het gebied zullen uitgevoerd worden door W&Z.

PI 6 Uitbouw van twee kernen landduinhabitats

In dit gebied worden twee kernen landduinhabitats gerealiseerd, een grote op de Keiheuvel en een kleinere op de paraboolduin van Geel-Bel. Op de Keiheuvel zullen de versnipperde plekken duingrasland uitgebreid en met elkaar verbonden worden via het kappen en plaggen van de tussenliggende naaldhoutbestanden. Daarnaast worden sterk vergraste en verboste stukken duingrasland hersteld. De inspanningen hiervoor worden geleverd door het ANB en de bosgroep Zuiderkempen. De realisatie van de kern in Geel-Bel gebeurt door Natuurpunt in het kader van het LIFE+-project Grote Nete . In het gebied Scherpenbergen-De Hutten zullen de landduinhabitats door verschillende private eigenaars kleinschalig ontwikkeld worden als toename van bestaande relicten, als open plekken in de bossfeer of als corridors.

PI 7 Versterking van de bestaande boshabitatkernen

De noodzakelijke versterking van de boshabitatkernen in dit gebied wordt in de eerste plaats gerealiseerd via omvorming van niet-habitatwaardig bos. In een aantal bossen zal deze omvorming spontaan verlopen zonder menselijk ingrijpen; elders zal de spontane opslag van inheemse boomsoorten versneld worden door het uitvoeren van dunningen of via kaalkap. De belangrijkste omvormingen zullen plaats vinden op de Keiheuvel en in de overgangszone naar de Mostdepressie (ANB en bosgroep Zuiderkempen), Scherpenbergen-De Hutten (verschillende private boseigenaars), Geel-Bel (Natuurpunt), de Raambroekse bossen en het Prinsenbos (vooral private eigenaars). Effectieve bosuitbreiding van droge boshabitats wordt voorzien in het Varenbroek (ANB) en het Goor-Asbroek (Natuurpunt).

Samen met de noodzakelijke toename van de oppervlakte habitatwaardig bos, moet een belangrijke inspanning geleverd worden om de horizontale en verticale structuur van de bossen (evenwichtige soortensamenstelling en leeftijdsstructuur, open plekken, voldoende (dik) dood hout, …) te verbeteren en door actieve bestrijding het aandeel invasieve exoten (vooral Amerikaanse eik en Amerikaanse vogelkers) te verminderen. Te scherpe overgangen tussen bos- en open habitats dienen verzacht te worden door het dunnen van de bosranden of het voeren van een geschikt mantel-zoombeheer. Een dergelijk natuurgericht beheer wordt voorzien in de bossen beheerd door het ANB of Natuurpunt. Ook in andere openbare bossen en privé-bossen gelegen in het VEN zal op termijn door toepassing van de Criteria Duurzaam Bosbeheer de structuur verbeteren en het aandeel invasieve exoten afnemen. De bosgroep Zuiderkempen die in dit gebied actief is, zal hierin een belangrijke rol spelen.

PI 8 Verder herstel van oeverkruidgemeenschappen en schrale graslanden in de Langdonken en het Goor

Inspelend op de unieke potenties en voortbouwend op het succesrijk herstelbeheer in de periode 2000-2009, worden de oppervlaktes oeverkruidgemeenschappen en heischraal grasland (al dan niet in complex met vochtige en droge heide) in de Langdonken verder uitgebreid via het kappen en plaggen van niet-habitatwaardig bos en de herinrichting van vis- en recreatievijvers (afschuining van te steile oevers, verwijderen van opslag van houtige gewassen op de oever, afvissing, slibruiming, …). De exoot watercrassula wordt permanent bestreden. In de Langdonken zal de actueel zeer kleine oppervlakte blauwgrasland uitgebreid worden op verschillende historische groeiplaatsen van de kensoort Spaanse ruiter. Deze inspanningen worden gerealiseerd door een terreinbeherende vereniging.

PI 9 Herinrichting van vis- en recreatievijvers in het Malesbroek, het Griesbroek, het Bels Broek, het Selguis en het Zammels Broek

Vis- en recreatievijvers dienen heringericht te worden zodat ze kunnen evolueren naar heldere van nature voedselrijke plassen met veel waterplanten, in combinatie met verlandingsvegetaties. De ingrepen omvatten het kappen van wilgenstruwelen, het afgraven van oeverwallen en het afschuinen van te steile oevers. Indien nodig wordt een slibruiming uitgevoerd en/of wordt het overtal aan bodemwoelende vissoorten afgevist.

PI 10 Afstemming van recreatief medegebruik op de ecologische waarden

Een betere recreatieve ontsluiting van natuur- en bosgebieden bevordert het draagvlak voor natuurontwikkeling. Door de realisatie van grote aaneengesloten natuurgebieden kunnen de recreatiestromen (wandelaars, fietsers, …) beter geleid worden zodat zones met kwetsbare habitats en soorten ontzien worden. O.m. in het Goor-Asbroek, Geel-Bel, De Vennen en het Scheps wordt de verdere uitbouw van recreatieve infrastructuur voorzien.

Weekendverblijven in of nabij deelgebieden met kwetsbare natuurwaarden (bv. de Langdonken en het Goor) dienen de nodige maatregelen te nemen om de rust te bewaren en het risico op waterverontreiniging en verspreiding van invasieve exoten. De intensieve recreatie op de Keiheuvel zal gezoneerd worden. De grootste recreatiedruk zal opgevangen worden in een zone buiten de SBZ die hiertoe optimaal zal ingericht worden met wandelwegen, infoborden, enz. Ook via een betere inrichting van de Pelterweg zullen de recreanten doorheen het gebied geleid worden. Via de opmaak van een ruimtelijk uitvoeringsplan zullen de zones voor verblijfsrecreatie op het zuidelijke deel van de Keiheuvel herbestemd worden naar natuurgebied of bosgebied. ANB is partner in dit proces om bebouwde percelen aan te kopen, te saneren en natuurherstel uit te voeren.

3 Oppervlaktebalans

Dit hoofdstuk geeft de stand van zaken weer van de realisatie van de taakstelling, met name van de oppervlaktedoelen, op basis van het passend beheer. Het passend beheer is wettelijk gedefinieerd in het Instandhoudingsbesluit van 20 juni 2014. Het is de oppervlakte waarvoor in een natuurbeheerplan of daarmee vergelijkbaar plannen of overeenkomsten, een of meer Europees te beschermen habitattype(s) of een leefgebied van een of meer Europees te beschermen soort(en) als natuurstreefbeeld is vastgesteld. 

De oppervlaktebalans in dit voortgangsdocument is enkel opgemaakt voor de Europees te beschermen habitats, op basis van de inventarisatie van het terreinbeheer door het ANB, verschillende openbare besturen en de erkende terreinbeherende verenigingen (met name Natuurpunt vzw, vzw Durme en Limburgs Landschap vzw). Voor leefgebieden van Europees te beschermen soorten was dergelijke inventarisatie niet mogelijk met de bestaande gegevens, zodat een oppervlaktebalans per Europees te beschermen soort niet opgenomen is. 

Onderstaande tabel geeft per Europees te beschermen habitat:

  • De habitat code: de code van het habitat waarvoor een doel is gesteld (zie §2.1 'Doelen', voor de benaming en beschrijving);
  • Het totaal doel: de tot doel gestelde oppervlakte per habitat;
  • Het passend beheer: de oppervlakte met passend beheer zoals vastgesteld in een goedgekeurd natuurbeheerplan of daarmee vergelijkbare plannen of overeenkomsten;
  • De openstaande taakstelling: de oppervlakte die wordt berekend als het verschil tussen het totaal doel en de oppervlakte met passend beheer.

In de oppervlaktebalans worden alle oppervlakten weergegeven in hectare, tenzij anders aangegeven. De tabel geeft de situatie in februari 2017 weer.

BE2100040 - Bovenloop van de Grote Nete met Zammelsbroek, Langdonken en Goor

Habitat code totaal doel met passend beheer openstaande taakstelling
2310_2330 150 61.3 88.7
3130-7140_cl 28 16.6 11.4
3150-7140_meso 55 12.1 42.9
4010_7150 10 7.1 2.9
4030 8 12.4 0
6230 31 38.4 0
6410 2 8.5 0
6430 112 49.8 62.2
6510 39 30.9 8.1
7140 43 37.1 5.9
9120_9190 358 142.6 215.4
9160 16 21.3 0
91E0 542 278.3 263.7

4 Inspanningsmatrix

Dit hoofdstuk formuleert de acties die uitvoering geven aan de prioritaire inspanningen die vastgesteld werden in het S-IHD-besluit. Daarbij wordt op basis van het Vlaams Natura 2000-programma 2016-2020 aangegeven welke acties behoren tot het bindend deel van de taakstelling (zie hoofdstuk 1). De overige acties behoren tot het richtinggevend deel van de taakstelling. 

Elke actie wordt in onderstaande tabel beschreven, met volgende rubrieken:

  • Nr. actie: het nummer van de actie is een samenstelling van het nummer van de prioritaire inspanning en het nummer van de actie zelf. 
  • Omschrijving actie: geeft beknopt aan wat er moet gebeuren, waarom, met welk resultaat en waar.
  • Prioritaire inspanning: de prioritaire inspanning waaraan deze actie invulling geeft. Vanaf prioritaire inspanning 100 worden acties weergegeven die niet onder de prioritaire inspanningen van hoofdstuk 2.2 vallen. Deze acties zijn toegevoegd aan het voortgangsdocument, aanvullend op de prioritaire inspanningen, omdat ze eveneens nodig zijn om tot de gunstige lokale staat van instandhouding te komen van de betreffende habitat(s) of soort(en).
  • Actie voor de verbetering van het natuurlijk milieu: indien in deze kolom een ‘ja’ staat, dan is deze actie ingeschreven voor de verbetering van het natuurlijk milieu als omschreven in hoofdstuk 5. 
  • Deelgebied(en): de deelgebieden waar deze actie uitgevoerd zal worden. Indien in de tabel geen nummer van een deelgebied is opgegeven, is de actie van toepassing op de volledige SBZ. 
  • Habitats/soort(en): de Europees te beschermen habitat(s) en/of soort(en) waarvoor de actie ondernomen wordt. Het gaat om habitats en soorten waarvoor doelen opgenomen zijn in het S-IHD-besluit en om (cursief aangegeven) habitattypische soorten. Habitattypische soorten zijn kenmerkend voor één of soms meerdere habitattypes. Een habitattype kan enkel in een regionaal gunstige staat van instandhouding verkeren als binnen Vlaanderen ook de habitattypische soorten gelinkt aan dit habitattype in een regionaal gunstige staat van instandhouding verkeren. Meer gedetailleerde informatie over habitattypische soorten is beschikbaar in referenties 1, 2 en 3 (zie hoofdstuk 8).
  • Trekker: de organisatie die verantwoordelijk is voor de uitvoering van de actie.
  • Andere betrokkenen: de organisaties of actoren die betrokken zijn bij de actie, als uitvoerder, omwille van mogelijke impact, het leveren van kennis,…
  • Timing: het moment waarop de uitvoering van de actie start. Kan pas ingevuld worden indien de status ‘gepland’ of ‘in uitvoering’ is.
  • Status: hierbij is onderscheid gemaakt tussen:
    • Op te starten: de actie is benoemd maar nog niet opgestart.
    • In onderzoek: het plan of project voor de uitvoering van de actie is in ontwikkeling. Een trekker is aangeduid en gestart met de voorbereiding van het plan of project .
    • Plan in opmaak: de opmaak van het uitvoeringsplan is gestart. 
    • Plan beschikbaar: het uitvoeringsplan is afgerond en door de betrokken partijen goedgekeurd. De uitvoering ervan moet nog opgestart worden. 
    • In uitvoering: de actie wordt momenteel uitgevoerd.
    • Uitgevoerd: de uitvoering van de actie is beëindigd.
    • Stopgezet: de uitvoering van de actie is stopgezet zonder dat ze helemaal is beëindigd; er is geen plan om ze terug op te starten.
  • Bindend: deze lijn verschijnt enkel als de actie deel uitmaakt van het bindend deel van de taakstelling (zie hoofdstuk 1). Hierbij is onderscheid gemaakt tussen:
    • Stand still: actie noodzakelijk voor de stand still of het tegengaan van achteruitgang.
    • 2020: actie noodzakelijk voor het bereiken van een gunstige of verbeterde staat van instandhouding voor 16 habitats tegen 2020.
    • Deelgebied(en): de deelgebied(en) waarvoor de actie bindend is (sommige acties zijn bindend voor een deelgebied maar richtinggevend voor een ander).
    • Habitats/soorten: de habitats en/of soorten waarvoor de actie bindend is (sommige acties zijn bindend voor een habitat en/of soort maar richtinggevend voor andere habitats en/of soorten).

De tabel geeft de situatie weer in augustus 2017.

BE2100040 - Bovenloop van de Grote Nete met Zammelsbroek, Langdonken en Goor

Nr actie Omschrijving actie
1.1 Verhoging van het waterpeil van de Grote Nete tot een peil dat optimaal inspeelt op de gestelde natuurdoelen door de aanleg van een 7-tal drempels in de bedding

Herstel van de natuurlijke hydrologie in de vallei van de Grote Nete en haar infiltratiegebieden

Ja

2

3150, 6510, rbbhc, rbbhf, rbbmc, rbbmr, rbbzil, Blauwborst, Bruine kiekendief, Gevlekte witsnuitlibel, IJsvogel, Kwartelkoning, Porseleinhoen, Roerdomp, Woudaap

Agentschap Waterwegen en Zeekanalen

Agentschap voor Natuur en Bos, Gemeente Herselt, Gemeente Laakdal, Stad Geel, Vlaamse Milieumaatschappij, vzw Natuurpunt

2020

Plan beschikbaar

1.2 Herstel van het natuurlijk overstromingsregime van de Grote Nete door de verlaging van de Nete dijk tot aan het maaiveld op een 6-aantal locaties

Herstel van de natuurlijke hydrologie in de vallei van de Grote Nete en haar infiltratiegebieden

Nee

2

3150, 6510, rbbhc, rbbhf, rbbmc, rbbmr, rbbzil, Blauwborst, Bruine kiekendief, Gevlekte witsnuitlibel, IJsvogel, Kwartelkoning, Porseleinhoen, Roerdomp, Woudaap

Agentschap Waterwegen en Zeekanalen

Agentschap voor Natuur en Bos, Gemeente Herselt, Gemeente Laakdal, Stad Geel, Vlaamse Milieumaatschappij, vzw Natuurpunt

2015

Plan beschikbaar

1.3 Onderzoeken van de uitwatering van de Huisbroekloop en de Hoefkensloop in het Zammelsbroek ipv in de Grote Laak

Herstel van de natuurlijke hydrologie in de vallei van de Grote Nete en haar infiltratiegebieden

Nee

2

3150, 6510, rbbhc, rbbhf, rbbmc, rbbmr, rbbzil, Blauwborst, Bruine kiekendief, Gevlekte witsnuitlibel, IJsvogel, Kwartelkoning, Porseleinhoen, Roerdomp, Woudaap

Agentschap Waterwegen en Zeekanalen

Agentschap voor Natuur en Bos, Gemeente Herselt, Gemeente Laakdal, Provincie Antwerpen, Stad Geel, vzw Natuurpunt

2015

In uitvoering

1.4 Verlegging van de Zeeploop in Geel-Bel in functie van de vernatting van de Duivelskuil

Herstel van de natuurlijke hydrologie in de vallei van de Grote Nete en haar infiltratiegebieden

Nee

4

3130, 7140, 4010-7150

Provincie Antwerpen

Stad Geel, Vlaamse Landmaatschappij, vzw Kempens Landschap, vzw Natuurpunt

2014

Uitgevoerd

1.5 Hydrologische isolatie van de Kwachtloop zodat Den Hagel niet langer ontwaterd wordt

Herstel van de natuurlijke hydrologie in de vallei van de Grote Nete en haar infiltratiegebieden

Ja

4

7140, 91E0, 4010-7150, rbbms

Provincie Antwerpen

Agentschap Onroerend Erfgoed, Sector eigenaars, vzw Natuurpunt

Op te starten

1.6 Verondieping van de Scherpenbergenloop

Herstel van de natuurlijke hydrologie in de vallei van de Grote Nete en haar infiltratiegebieden

Nee

4

7140, 91E0, 4010-7150

Provincie Antwerpen

Agentschap Onroerend Erfgoed, Sector eigenaars, vzw Natuurpunt

Op te starten

1.7 Verondiepen of verleggen van drainagegrachten op plaatsen waar deze het behoud, de realisatie of het bereiken van een gunstige staat van verdrogingsgevoelige habitats belemmeren

Herstel van de natuurlijke hydrologie in de vallei van de Grote Nete en haar infiltratiegebieden

Nee

1, 2, 3, 4, 5, 6, 7

6410, 6430, 6510, 7140, 91E0, 4010-7150, rbbhc, rbbhf, rbbmc, rbbmr, rbbms, rbbsf, rbbsm, rbbso

Agentschap voor Natuur en Bos

Provincie Antwerpen, Sector eigenaars, Sector landbouw, vzw Natuurpunt

2017

In onderzoek

Stand still

1

7140

1.8 Verondiepen of verleggen van drainagegrachten op plaatsen waar deze het behoud, de realisatie of het bereiken van een gunstige staat van verdrogingsgevoelige habitats belemmeren

Herstel van de natuurlijke hydrologie in de vallei van de Grote Nete en haar infiltratiegebieden

Nee

1, 2, 3, 4, 5, 6, 7

6410, 6430, 6510, 7140, 91E0, 4010-7150, rbbhc, rbbhf, rbbmc, rbbmr, rbbms, rbbsf, rbbsm, rbbso

vzw Natuurpunt

Provincie Antwerpen, Sector eigenaars, Sector landbouw

2017

In onderzoek

Stand still

1

7140

1.9 Opmaak van een ecohydrologische studie voor het projectgebied van het Life+-project Grote Netewoud

Herstel van de natuurlijke hydrologie in de vallei van de Grote Nete en haar infiltratiegebieden

Nee

1, 3, 4

3150, 6410, 6430, 6510, 7140, 91E0, rbbhc, rbbhf, rbbmr, rbbms, rbbsf, Blauwborst, Bruine kiekendief, IJsvogel, Kleine ijsvogelvlinder, Porseleinhoen, Roerdomp, Vleermuizen-Boslandschap, Vleermuizen-Heidelandschap, Vleermuizen-Moeraslandschap, Vleermuizen-Valleilandschap, Wespendief, Woudaap

vzw Natuurpunt

Provincie Antwerpen, Vlaamse Milieumaatschappij

2015

In uitvoering

Stand still

1

7140

1.10 Opmaak van een ecohydrologische studie voor het Scheps

Herstel van de natuurlijke hydrologie in de vallei van de Grote Nete en haar infiltratiegebieden

Nee

1

3150, 6430, 6510, 7140, 91E0, rbbhc, rbbhf, rbbmr, rbbms, rbbsf, Hoogveenglanslibel, Kempense heidelibel, Kleine ijsvogelvlinder

Agentschap voor Natuur en Bos

Gemeente Balen, Pidpa, Provincie Antwerpen, Sector landbouw, Vlaamse Milieumaatschappij

2018

In uitvoering

Stand still

1

7140

1.11 Onderzoek van het herstel van de historische verbinding van de Asbeek met de Hanskenselsloop

Herstel van de natuurlijke hydrologie in de vallei van de Grote Nete en haar infiltratiegebieden

Nee

1

3150, 6430, 6510, 7140, 91E0, rbbhc, rbbhf, rbbmr, rbbms, rbbsf, Beekprik, Bermpje, Kleine modderkruiper, Kopvoorn, Rivierdonderpad, Riviergrondel, Serpeling

Provincie Antwerpen

Agentschap voor Natuur en Bos, Gemeente Balen, Pidpa, Sector landbouw

2018

In uitvoering

Stand still

1

7140

1.12 Opmaak van een ecohydrologische studie voor de Peerdsloop en de Langdonkse beek

Herstel van de natuurlijke hydrologie in de vallei van de Grote Nete en haar infiltratiegebieden

Nee

6

6430, 91E0, rbbhc

vzw Natuurpunt

Provincie Antwerpen, Sector landbouw

Op te starten

1.13 Opmaak van een ecohydrologische studie voor De Most en uitvoering van de resulterende acties in overleg en samenspraak met de landbouwsector

Herstel van de natuurlijke hydrologie in de vallei van de Grote Nete en haar infiltratiegebieden

Nee

1

6410, 7140, 91E0, Blauwborst, Hoogveenglanslibel, IJsvogel, Kempense heidelibel, Kleine ijsvogelvlinder, Vleermuizen-Boslandschap, Vleermuizen-Heidelandschap, Vleermuizen-Moeraslandschap, Vleermuizen-Valleilandschap

Provincie Antwerpen

Agentschap voor Natuur en Bos, Sector eigenaars, Sector landbouw

2018

In uitvoering

Stand still

1

7140

2.1 Aansluiting van niet-gerioleerde woningen en weekendverblijven op de riolering of oplegging van zelfzuivering

Verdere verbetering van de waterkwaliteit

Nee

1, 2, 3, 4, 5, 6, 7

3130, 3150, 3260, 4030, 6230, 6410, 6430, 6510, 7140, 91E0, 4010-7150, Beekprik, Bermpje, Bittervoorn, Drijvende waterweegbree, Kamsalamander, Kleine modderkruiper, Kopvoorn, Poelkikker, Rivierdonderpad, Riviergrondel, Serpeling

Vlaamse Milieumaatschappij

Agentschap voor Natuur en Bos, Aquafin, Gemeente Balen, Gemeente Ham, Gemeente Herselt, Gemeente Hulshout, Gemeente Laakdal, Gemeente Meerhout, Gemeente Mol, Sector eigenaars, Stad Aarschot, Stad Geel, Stad Lommel, vzw Natuurpunt

2014

In uitvoering

Stand still

6

3130, 4030, 6230, 6410, 7140, 4010-7150, Drijvende waterweegbree

7

3130, 4030, 6230, 4010-7150

2.2 Sanering van overstorten met een significant negatieve impact op de waterkwaliteit

Verdere verbetering van de waterkwaliteit

Nee

1, 2, 3, 4, 5, 6, 7

3150, 3260, 6430, 6510, 7140, 91E0, Beekprik, Bermpje, Kleine modderkruiper, Kopvoorn, Rivierdonderpad, Riviergrondel, Serpeling

Vlaamse Milieumaatschappij

Agentschap voor Natuur en Bos, Aquafin, Gemeente Balen, Gemeente Ham, Gemeente Herselt, Gemeente Hulshout, Gemeente Laakdal, Gemeente Meerhout, Gemeente Mol, Stad Aarschot, Stad Geel, Stad Lommel, vzw Natuurpunt

2014

In uitvoering

Stand still

6

7140

2.3 Onderzoek naar de mogelijkheden voor de aanleg van bufferstroken op akkers langs waterlopen en uitvoering van de met de betrokken landbouwers afgesproken maatregelen

Verdere verbetering van de waterkwaliteit

Nee

1, 2, 3, 4, 5, 6, 7

3150, 3260, 6430, 6510, 7140, 91E0, Beekprik, Bermpje, Kleine modderkruiper, Kopvoorn, Rivierdonderpad, Riviergrondel, Serpeling

Vlaamse Landmaatschappij

Agentschap voor Natuur en Bos, Provincie Antwerpen, Sector landbouw, Vlaamse Milieumaatschappij, vzw Natuurpunt

2017

In onderzoek

Stand still

6

7140

2.5 Opvolging naleving milieuvergunning Tessenderlo-Chemie

Verdere verbetering van de waterkwaliteit

Nee

2

3260, 6430, 6510, 7140, 91E0, Bittervoorn, Kleine modderkruiper, Rivierdonderpad

Departement Omgeving

Agentschap voor Natuur en Bos, Sector economie, Vlaamse Milieumaatschappij, vzw Natuurpunt

2014

In uitvoering

2.6 Opmaak van een plan van aanpak voor de sanering van de waterbodem (en overstromingsgebied) Grote Laak

Verdere verbetering van de waterkwaliteit

Nee

2

3150, 6430, 6510, 7140, 91E0, rbbhc, rbbmc, rbbmr

OVAM

Agentschap voor Natuur en Bos, Sector eigenaars, Vlaamse Milieumaatschappij, vzw Natuurpunt

2017

In onderzoek

2.7 Onderzoek naar de waterkwaliteit te Overmaai en het nemen van maatregelen om, indien noodzakelijk, verbetering te realiseren

Verdere verbetering van de waterkwaliteit

Nee

1

91E0

Vlaamse Milieumaatschappij

Agentschap voor Natuur en Bos, vzw Natuurpunt

Op te starten

3.1 Wegwerken vismigratieknelpunten op de Grote Nete thv de Straalmolen en de Hoolstmolen

Herstel van de natuurlijke beekstructuur en de connectiviteit

Nee

1

Beekprik, Bermpje, Kleine modderkruiper, Kopvoorn, Rivierdonderpad, Riviergrondel, Serpeling

Vlaamse Milieumaatschappij

Agentschap voor Natuur en Bos, Gemeente Balen, vzw Natuurpunt

2015

Plan beschikbaar

3.2 Wegwerken vismigratieknelpunten op de bovenloop en de zijwaterlopen van de Grote Nete (Kleine Hoofdgracht, Heiloop, …)

Herstel van de natuurlijke beekstructuur en de connectiviteit

Nee

1, 4

Beekprik, Bermpje, Kleine modderkruiper, Kopvoorn, Rivierdonderpad, Riviergrondel, Serpeling

Provincie Antwerpen

Agentschap voor Natuur en Bos, Gemeente Balen, Gemeente Meerhout, Gemeente Mol, nv De Scheepvaart, Stad Geel, vzw Natuurpunt

2015

In uitvoering

3.3 Hermeandering van de Grote Nete tussen de watermolen van Meerhout en de samenvloeiing met de Molse Nete waarbij de stuwen Bels Broek en Malesbroek worden weggenomen

Herstel van de natuurlijke beekstructuur en de connectiviteit

Ja

4

3260, Beekprik, Bermpje, Bittervoorn, Kleine modderkruiper, Kopvoorn, Rivierdonderpad, Riviergrondel, Serpeling

Vlaamse Milieumaatschappij

Agentschap voor Natuur en Bos, Departement Landbouw en Visserij, Gemeente Meerhout, Sector eigenaars, Sector landbouw, Stad Geel, Vlaamse Landmaatschappij, vzw Natuurpunt

Op te starten

3.4 Aansluiting van de Molenlaak op de Grote Nete

Herstel van de natuurlijke beekstructuur en de connectiviteit

Ja

2

Beekprik, Bermpje, Bittervoorn, Kleine modderkruiper, Kopvoorn, Rivierdonderpad, Riviergrondel, Serpeling

Vlaamse Milieumaatschappij

Agentschap Waterwegen en Zeekanalen, Stad Geel, vzw Natuurpunt

2020

Plan in opmaak

3.5 Aantakking van sommige vijvers van het Malesbroek op de Grote Nete en van sommige vijvers van het Selguis op de Molse Nete teneinde het leefgebied van bittervoorn uit te breiden

Herstel van de natuurlijke beekstructuur en de connectiviteit

Nee

3, 4

Bittervoorn

Vlaamse Milieumaatschappij

Agentschap voor Natuur en Bos, vzw Natuurpunt

Op te starten

3.6 Afstemming van het ruimingsbeheer van de Grote Nete, de Kleine Hoofdgracht, de Grote Hoofdgracht, de Asbeek, de Hanskenselsloop, de Brisdilloop, de Heiloop, de Zeeploop, de Scherpenbergloop, de Molse Nete, de Varendonkse Beek, de Raamdonkse Beek en de Steenkensbeek op de leefgebiedvereisten van de tot doel gestelde vissoorten en de standplaatsvereisten van beekhabitat

Herstel van de natuurlijke beekstructuur en de connectiviteit

Nee

1, 2, 3, 4, 5, 7

3260, Beekprik, Bermpje, Bittervoorn, Kleine modderkruiper, Kopvoorn, Rivierdonderpad, Riviergrondel, Serpeling

Provincie Antwerpen

Agentschap voor Natuur en Bos, Gemeente Balen, Gemeente Ham, Gemeente Herselt, Gemeente Hulshout, Gemeente Laakdal, Gemeente Meerhout, Gemeente Mol, Sector landbouw, Stad Geel, Stad Lommel, Vlaamse Milieumaatschappij

2014

In uitvoering

3.7 Uitvoeren van habitatherstel 3260 ikv LIFE + Grote Netewoud

Herstel van de natuurlijke beekstructuur en de connectiviteit

Nee

1

3260, Beekprik, Bermpje, Kleine modderkruiper, Kopvoorn, Rivierdonderpad, Riviergrondel, Serpeling

Provincie Antwerpen

Vlaamse Milieumaatschappij, vzw Natuurpunt

2017

Plan in opmaak

3.8 Uitvoeren van habitatherstel 3260 en optimalisatie van het leefgebied voor kwabaal en beekprik in de Kleine Hoofdgracht-Balengracht, de Grote Hoofdgracht, de Asbeek, de Hanskenselsloop en de Brisdilloop

Herstel van de natuurlijke beekstructuur en de connectiviteit

Nee

1

3260, Beekprik, Bermpje, Kopvoorn, Riviergrondel, Serpeling

Agentschap voor Natuur en Bos

Provincie Antwerpen

Op te starten

4.1 Afspraken maken tussen de verschillende partners over het geschikte instrumentarium voor de realisatie van de doelen in de Grote Netevallei

Realisatie van een samenhangend netwerk van alluviale bossen, natte graslanden, alluviale ruigtes en moerassen in de vallei van de Grote Nete

Nee

1, 3, 4

3150, 6410, 6430, 6510, 7140, 91E0, rbbhc, rbbhf, rbbmr, rbbms, rbbsf, Blauwborst, Bruine kiekendief, IJsvogel, Kleine ijsvogelvlinder, Porseleinhoen, Roerdomp, Vleermuizen-Boslandschap, Vleermuizen-Heidelandschap, Vleermuizen-Moeraslandschap, Vleermuizen-Valleilandschap, Wespendief, Woudaap

vzw Natuurpunt

Agentschap voor Natuur en Bos, Bosgroep, Gemeente Balen, Gemeente Meerhout, Gemeente Mol, Sector eigenaars, Stad Geel

2013

In uitvoering

Stand still

1

7140

4.2 Uitvoering van gerichte bodemanalyses in functie van habitatherstel

Realisatie van een samenhangend netwerk van alluviale bossen, natte graslanden, alluviale ruigtes en moerassen in de vallei van de Grote Nete

Nee

1, 3, 4

4030, 6230, 6410, 6430, 6510, 7140, 9190, 91E0, 2310-2330, 4010-7150, rbbhc, rbbhf, rbbmr, rbbms, rbbsf, Blauwborst, Bruine kiekendief, IJsvogel, Kleine ijsvogelvlinder, Porseleinhoen, Roerdomp, Vleermuizen-Boslandschap, Vleermuizen-Heidelandschap, Vleermuizen-Moeraslandschap, Vleermuizen-Valleilandschap, Wespendief, Woudaap

vzw Natuurpunt

Gemeenten, Sector eigenaars

2019

In uitvoering

Stand still

1

7140

4.3 Uitvoering Life +-project Grote Netewoud

Realisatie van een samenhangend netwerk van alluviale bossen, natte graslanden, alluviale ruigtes en moerassen in de vallei van de Grote Nete

Nee

1, 3, 4

3150, 3260, 4030, 6230, 6410, 6430, 6510, 7140, 9190, 91E0, 2310-2330, 4010-7150, rbbhc, rbbhf, rbbmr, rbbms, Blauwborst, Bruine kiekendief, IJsvogel, Kleine ijsvogelvlinder, Porseleinhoen, Roerdomp, Vleermuizen-Boslandschap, Vleermuizen-Heidelandschap, Vleermuizen-Moeraslandschap, Vleermuizen-Valleilandschap, Wespendief, Woudaap

vzw Natuurpunt

Agentschap voor Natuur en Bos, Gemeente Balen, Gemeente Meerhout, Gemeente Mol, Provincie Antwerpen, Stad Geel, Vlaamse Milieumaatschappij

2013

In uitvoering

Stand still

1

7140

4.4 Aanpassen en uitvoeren vd beheerplannen voor de gebieden gevat door het Life +-project Grote Netewoud: - De Vennen - Griesbroek - Bels Broek en Heide (incl De Vloyen) - Malesbroek - Zelguis

Realisatie van een samenhangend netwerk van alluviale bossen, natte graslanden, alluviale ruigtes en moerassen in de vallei van de Grote Nete

Nee

1, 3, 4

3150, 3260, 4030, 6230, 6410, 6430, 6510, 7140, 9190, 91E0, 2310-2330, 4010-7150, rbbhc, rbbhf, rbbmr, rbbms, rbbsf, Blauwborst, Bruine kiekendief, IJsvogel, Kleine ijsvogelvlinder, Porseleinhoen, Roerdomp, Vleermuizen-Boslandschap, Vleermuizen-Heidelandschap, Vleermuizen-Moeraslandschap, Vleermuizen-Valleilandschap, Wespendief, Woudaap

vzw Natuurpunt

Agentschap voor Natuur en Bos, Gemeente Balen, Gemeente Meerhout, Gemeente Mol, Provincie Antwerpen, Stad Geel, Vlaamse Milieumaatschappij

2013

In uitvoering

Stand still

1

7140

4.5 Afspraken maken met de landbouwsector met het oog op de optimalisatie van het graslandbeheer i.f.v. de te realiseren habitat- en soortdoelstellingen

Realisatie van een samenhangend netwerk van alluviale bossen, natte graslanden, alluviale ruigtes en moerassen in de vallei van de Grote Nete

Nee

1, 3, 4

6410, 6430, 6510, rbbhc, rbbhf, rbbms, Blauwborst, Vleermuizen-Boslandschap, Vleermuizen-Heidelandschap, Vleermuizen-Moeraslandschap, Vleermuizen-Valleilandschap

vzw Natuurpunt

Sector landbouw

2013

In uitvoering

4.6 Opmaak en uitvoering van een natuurbeheerplan voor het Scheps (incl. eigendommen Pidpa)

Realisatie van een samenhangend netwerk van alluviale bossen, natte graslanden, alluviale ruigtes en moerassen in de vallei van de Grote Nete

Nee

1

3150, 6430, 6510, 7140, 91E0, rbbhc, rbbhf, rbbmr, rbbms, rbbsf, Blauwborst, Hoogveenglanslibel, IJsvogel, Kempense heidelibel, Kleine ijsvogelvlinder, Vleermuizen-Boslandschap, Vleermuizen-Heidelandschap, Vleermuizen-Moeraslandschap, Vleermuizen-Valleilandschap

Agentschap voor Natuur en Bos

Gemeente Balen, Pidpa, Provincie Antwerpen

2019

Op te starten

Stand still

1

7140

4.7 Opmaak en uitvoering van een geïntegreerd beheerplan voor de Straalmolen

Realisatie van een samenhangend netwerk van alluviale bossen, natte graslanden, alluviale ruigtes en moerassen in de vallei van de Grote Nete

Nee

1

3150, 6430, 91E0, rbbmr, Blauwborst, IJsvogel, Roerdomp

Agentschap voor Natuur en Bos

Gemeente Balen, Vlaamse Milieumaatschappij

2019

Op te starten

4.9 Uitbreiding van het doorstroommoeras in De Most ikv het Life + -project Keiheuvel-De Most

Realisatie van een samenhangend netwerk van alluviale bossen, natte graslanden, alluviale ruigtes en moerassen in de vallei van de Grote Nete

Nee

1

6410, 7140, 91E0, Blauwborst, Hoogveenglanslibel, IJsvogel, Kempense heidelibel, Kleine ijsvogelvlinder, Vleermuizen-Boslandschap, Vleermuizen-Heidelandschap, Vleermuizen-Moeraslandschap, Vleermuizen-Valleilandschap

Agentschap voor Natuur en Bos

Gemeente Balen, Provincie Antwerpen

2018

In uitvoering

Stand still

1

7140

4.10 Aanpassen en uitvoeren van het beheerplan voor de Keiheuvel en De Most

Realisatie van een samenhangend netwerk van alluviale bossen, natte graslanden, alluviale ruigtes en moerassen in de vallei van de Grote Nete

Nee

1

6410, 7140, 91E0, Blauwborst, Hoogveenglanslibel, IJsvogel, Kempense heidelibel, Kleine ijsvogelvlinder, Vleermuizen-Boslandschap, Vleermuizen-Heidelandschap, Vleermuizen-Moeraslandschap, Vleermuizen-Valleilandschap

Agentschap voor Natuur en Bos

Bosgroep, Gemeente Balen, Provincie Antwerpen, Sector eigenaars

2018

In uitvoering

Stand still

1

7140

4.11 Onderzoeken van de mogelijkheden om het bestaand ecologisch zeer waardevol oligotroof elzenbroekbos in de Overmaai onder contract te brengen

Realisatie van een samenhangend netwerk van alluviale bossen, natte graslanden, alluviale ruigtes en moerassen in de vallei van de Grote Nete

Nee

1

91E0, Kleine ijsvogelvlinder

Agentschap voor Natuur en Bos

Bosgroep, Sector eigenaars, Stad Lommel, vzw Natuurpunt

Op te starten

4.12 Opmaak van een geïntegreerd natuur- en landschapsbeheerplan voor het beschermd landschap Scherpenbergen-De Hutten, Kijfheide en Malesbroek

Realisatie van een samenhangend netwerk van alluviale bossen, natte graslanden, alluviale ruigtes en moerassen in de vallei van de Grote Nete

Nee

4

3130, 3150, 6430, 6510, 7140, 91E0, 2310-2330, 4010-7150, rbbhc, rbbhf, rbbmr, rbbsm

Agentschap Onroerend Erfgoed

Agentschap voor Natuur en Bos, Bosgroep, Gemeente Meerhout, Sector eigenaars, Stad Geel, vzw Natuurpunt

2018

Op te starten

5.1 Opmaak van een inrichtingsplan voor het Sigmagebied Zammels Broek, Varendonk en Goorbeek ikv het Sigmaplan

Realisatie van een uitgestrekt moerasgebied in het Zammels Broek en het Trichelbroek als leefgebied voor roerdomp, woudaap en porseleinhoen

Nee

2

3150, 6510, rbbhc, rbbhf, rbbmc, rbbmr, rbbzil, Bittervoorn, Blauwborst, Bruine kiekendief, Gevlekte witsnuitlibel, IJsvogel, Kleine modderkruiper, Kwartelkoning, Porseleinhoen, Rivierdonderpad, Roerdomp, Vleermuizen-Boslandschap, Vleermuizen-Heidelandschap, Vleermuizen-Moeraslandschap, Vleermuizen-Valleilandschap, Woudaap

Agentschap voor Natuur en Bos

Agentschap Waterwegen en Zeekanalen, Gemeente Laakdal, Stad Geel, vzw Natuurpunt

2015

Uitgevoerd

5.2 Opmaak van GRUP, MER en onteigeningsplan voor het Sigmagebied Zammels Broek, Varendonk en Goorbeek ikv het Sigmaplan

Realisatie van een uitgestrekt moerasgebied in het Zammels Broek en het Trichelbroek als leefgebied voor roerdomp, woudaap en porseleinhoen

Nee

2

3150, 6510, rbbhc, rbbhf, rbbmc, rbbmr, rbbzil, Bittervoorn, Blauwborst, Bruine kiekendief, Gevlekte witsnuitlibel, IJsvogel, Kleine modderkruiper, Kwartelkoning, Porseleinhoen, Rivierdonderpad, Roerdomp, Vleermuizen-Boslandschap, Vleermuizen-Heidelandschap, Vleermuizen-Moeraslandschap, Vleermuizen-Valleilandschap, Woudaap

Agentschap voor Natuur en Bos

Agentschap Waterwegen en Zeekanalen, Gemeente Laakdal, Provincie Antwerpen, Stad Geel, vzw Natuurpunt

2011

In uitvoering

5.3 Verwerven/onteigenen van de nodige gronden voor de inrichting van het Sigmagebied Zammels Broek, Varendonk en Goorbeek ikv het Sigmaplan

Realisatie van een uitgestrekt moerasgebied in het Zammels Broek en het Trichelbroek als leefgebied voor roerdomp, woudaap en porseleinhoen

Nee

2

3150, 6510, rbbhc, rbbhf, rbbmc, rbbmr, rbbzil, Bittervoorn, Blauwborst, Bruine kiekendief, Gevlekte witsnuitlibel, IJsvogel, Kleine modderkruiper, Kwartelkoning, Porseleinhoen, Rivierdonderpad, Roerdomp, Vleermuizen-Boslandschap, Vleermuizen-Heidelandschap, Vleermuizen-Moeraslandschap, Vleermuizen-Valleilandschap, Woudaap

Agentschap voor Natuur en Bos

Agentschap Waterwegen en Zeekanalen, Gemeente Laakdal, Stad Geel, Vlaamse Landmaatschappij, vzw Natuurpunt

2015

In uitvoering

5.4 Inrichting van het Sigmagebied Zammels Broek, Varendonk en Goorbeek ikv het Sigmaplan (o.m. creatie van open water en inundatieriet via afgraving)

Realisatie van een uitgestrekt moerasgebied in het Zammels Broek en het Trichelbroek als leefgebied voor roerdomp, woudaap en porseleinhoen

Nee

2

3150, 6510, rbbhc, rbbhf, rbbmc, rbbmr, rbbzil, Bittervoorn, Blauwborst, Bruine kiekendief, Gevlekte witsnuitlibel, IJsvogel, Kleine modderkruiper, Kwartelkoning, Porseleinhoen, Rivierdonderpad, Roerdomp, Vleermuizen-Boslandschap, Vleermuizen-Heidelandschap, Vleermuizen-Moeraslandschap, Vleermuizen-Valleilandschap, Woudaap

Agentschap voor Natuur en Bos

Agentschap Waterwegen en Zeekanalen, Gemeente Laakdal, Stad Geel, vzw Natuurpunt

Op te starten

5.5 Aanpassing en uitvoering van het beheerplan van het Zammels Broek

Realisatie van een uitgestrekt moerasgebied in het Zammels Broek en het Trichelbroek als leefgebied voor roerdomp, woudaap en porseleinhoen

Nee

2

3150, 6510, rbbhc, rbbhf, rbbmc, rbbmr, rbbzil, Bittervoorn, Blauwborst, Bruine kiekendief, Gevlekte witsnuitlibel, IJsvogel, Kleine modderkruiper, Kwartelkoning, Porseleinhoen, Rivierdonderpad, Roerdomp, Vleermuizen-Boslandschap, Vleermuizen-Heidelandschap, Vleermuizen-Moeraslandschap, Vleermuizen-Valleilandschap, Woudaap

Agentschap voor Natuur en Bos

Agentschap Waterwegen en Zeekanalen, Gemeente Laakdal, Stad Geel, vzw Natuurpunt

Op te starten

6.1 Verwerving van percelen op de Keiheuvel tbv de realisatie van een aaneengesloten kern landduinhabitats ikv het Life +-project Keiheuvel-De Most

Uitbouw van twee kernen landduinhabitats

Nee

1

2310-2330, Boomleeuwerik, Boompieper, Heivlinder, Nachtzwaluw

Agentschap voor Natuur en Bos

Bosgroep, Gemeente Balen, Sector eigenaars, vzw Kempens Landschap, vzw Natuurpunt

2018

In uitvoering

Stand still

1

2310-2330

6.2 Herinrichting van aangekochte percelen op de Keiheuvel tbv de realisatie van een aaneengesloten kern landduinhabitats ikv het Life +-project Keiheuvel-De Most

Uitbouw van twee kernen landduinhabitats

Nee

1

2310-2330, Boomleeuwerik, Boompieper, Heivlinder, Nachtzwaluw

Agentschap voor Natuur en Bos

Bosgroep, Gemeente Balen, Sector eigenaars

2018

In uitvoering

Stand still

1

2310-2330

6.3 Aanpassen en uitvoeren van het beheerplan voor de Keiheuvel en De Most

Uitbouw van twee kernen landduinhabitats

Nee

1

2310-2330, Boomleeuwerik, Boompieper, Heivlinder, Nachtzwaluw

Agentschap voor Natuur en Bos

Bosgroep, Gemeente Balen, Sector eigenaars

2018

In uitvoering

Stand still

1

2310-2330

6.4 Onderzoeken of de bemesting van de graslanden op het vliegveld van Balen negatieve effecten heeft op de aanwezige en tot doel gestelde habitats op de Keiheuvel

Uitbouw van twee kernen landduinhabitats

Nee

1

2310-2330, Boomleeuwerik, Nachtzwaluw

Agentschap voor Natuur en Bos

Gemeente Balen, Sector landbouw

Op te starten

Stand still

1

2310-2330

6.5 Herinrichting Torfven en Duivelskuil in Geel-Bel ikv het Landinrichtingsproject Grote Netegebied

Uitbouw van twee kernen landduinhabitats

Nee

4

3130, 7140, 4010-7150

Vlaamse Landmaatschappij

Agentschap Onroerend Erfgoed, Stad Geel, vzw Kempens Landschap, vzw Natuurpunt

2014

Uitgevoerd

6.6 Kleinschalige uitbreiding landduinhabitats op de paraboolduinen van Scherpenbergen-De Hutten ikv het beheerplan

Uitbouw van twee kernen landduinhabitats

Nee

4

2310-2330

Sector eigenaars

Agentschap Onroerend Erfgoed, Agentschap voor Natuur en Bos, Bosgroep, vzw Natuurpunt

2011

In uitvoering

6.7 Opmaak van een geïntegreerd natuur- en landschapsbeheerplan voor het beschermd landschap Scherpenbergen-De Hutten, Kijfheide en Malesbroek

Uitbouw van twee kernen landduinhabitats

Nee

4

2310-2330

Agentschap Onroerend Erfgoed

Agentschap voor Natuur en Bos, Bosgroep, Gemeente Meerhout, Sector eigenaars, Stad Geel, vzw Natuurpunt

2018

Op te starten

7.1 Opstart van een Vlaamse grondenbank voor het uitruilen van gronden in zoekzones voor boshabitats

Versterking van de bestaande boshabitatkernen

Nee

1, 2, 4, 5, 6, 7

9120, 9160, 9190, 91E0

Vlaamse Landmaatschappij

Agentschap voor Natuur en Bos, Bosgroep, Sector eigenaars, Sector landbouw, vzw Natuurpunt

Op te starten

7.2 Afspraken maken tussen de verschillende partners in het gebied over het meest geschikte instrumentarium voor de realisatie van boshabitatkernen binnen zoekzones voor boshabitats

Versterking van de bestaande boshabitatkernen

Nee

1, 2, 4, 5, 6, 7

9120, 9160, 9190, 91E0

Agentschap voor Natuur en Bos

Bosgroep, Sector eigenaars, vzw Natuurpunt

2017

In onderzoek

7.3 Opmaken en uitvoeren van een natuurbeheerplan voor de openbare eigendommen in de Raambroekse bossen en het Kattenbos

Versterking van de bestaande boshabitatkernen

Nee

7

9120, 9160, 91E0, Eikelmuis, Eikenpage, Goudvink, Kleine ijsvogelvlinder, Middelste bonte specht, Vleermuizen-Boslandschap, Vleermuizen-Heidelandschap, Vleermuizen-Moeraslandschap, Vleermuizen-Valleilandschap, Wespendief, Zwarte specht

Agentschap voor Natuur en Bos

Op te starten

7.4 Opmaak en uitvoering van een natuurbeheerplan voor de privé-eigendommen in de Raambroekse bossen en het Kattenbos

Versterking van de bestaande boshabitatkernen

Nee

7

9120, 9160, 91E0, Eikelmuis, Eikenpage, Goudvink, Kleine ijsvogelvlinder, Middelste bonte specht, Vleermuizen-Boslandschap, Vleermuizen-Heidelandschap, Vleermuizen-Moeraslandschap, Vleermuizen-Valleilandschap, Wespendief, Zwarte specht

Bosgroep

Sector eigenaars

Op te starten

7.5 Uitvoering van het beheerplan Varenbroek (De Merode), met name bosomvorming en uitbreiding van boshabitats

Versterking van de bestaande boshabitatkernen

Nee

2

3260, 9120, 9160, 91E0, Eikelmuis, Eikenpage, Goudvink, Kleine ijsvogelvlinder, Middelste bonte specht, Vleermuizen-Boslandschap, Vleermuizen-Heidelandschap, Vleermuizen-Moeraslandschap, Vleermuizen-Valleilandschap, Wespendief, Zwarte specht

Agentschap voor Natuur en Bos

Gemeente Herselt, Gemeente Laakdal, Sector landbouw

2008

In uitvoering

7.6 Opmaken van een langetermijnstrategie voor de landbouwgronden in eigendom van de VLM binnen het projectgebied De Merode met aandacht voor bosuitbreidingsdoelstellingen

Versterking van de bestaande boshabitatkernen

Nee

2

9120, 9160, 91E0, Eikelmuis, Eikenpage, Goudvink, Kleine ijsvogelvlinder, Middelste bonte specht, Vleermuizen-Boslandschap, Vleermuizen-Heidelandschap, Vleermuizen-Moeraslandschap, Vleermuizen-Valleilandschap, Wespendief, Zwarte specht

Vlaamse Landmaatschappij

Agentschap voor Natuur en Bos, Sector landbouw

Op te starten

7.7 Uitvoering van het beheerplan Goor-Asbroek, met name bosomvorming en uitbreiding van boshabitats

Versterking van de bestaande boshabitatkernen

Nee

7

9120, 91E0, Goudvink, Kleine ijsvogelvlinder, Middelste bonte specht, Vleermuizen-Boslandschap, Vleermuizen-Heidelandschap, Vleermuizen-Moeraslandschap, Vleermuizen-Valleilandschap, Wespendief, Zwarte specht

vzw Natuurpunt

Gemeente Hulshout

2005

In uitvoering

7.8 Afspraken maken met privé-boseigenaars voor bosomvorming en bosuitbreiding en de opmaak van beheerplannen om de afspraken vast te leggen

Versterking van de bestaande boshabitatkernen

Nee

1, 2, 4, 5, 6, 7

9120, 9160, 9190, 91E0

Bosgroep

Agentschap voor Natuur en Bos, Sector eigenaars, vzw Natuurpunt

2017

In onderzoek

7.9 Uitvoering van het Life +-project Keiheuvel-De Most, met name de maatregelen voor de omvorming van naaldhout op de Keiheuvel

Versterking van de bestaande boshabitatkernen

Nee

1

9190, Boomleeuwerik, Boompieper, Eikenpage, Nachtzwaluw, Zwarte specht

Agentschap voor Natuur en Bos

Bosgroep, Gemeente Balen, Sector eigenaars

2018

In uitvoering

7.10 Uitvoering van het beheerplan Scherpenbergen-De Hutten, met name de maatregelen voor de omvorming van naaldhout op de paraboolduinen

Versterking van de bestaande boshabitatkernen

Nee

4

9190, Boomleeuwerik, Boompieper, Eikenpage, Nachtzwaluw, Zwarte specht

Sector eigenaars

Agentschap voor Natuur en Bos, Bosgroep, Gemeente Meerhout, vzw Natuurpunt

2011

In uitvoering

7.11 Opmaak van een geïntegreerd natuur- en landschapsbeheerplan voor het beschermd landschap Scherpenbergen-De Hutten, Kijfheide en Malesbroek

Versterking van de bestaande boshabitatkernen

Nee

4

9190, Boomleeuwerik, Boompieper, Eikenpage, Nachtzwaluw, Zwarte specht

Agentschap Onroerend Erfgoed

Bosgroep, Gemeente Meerhout, Sector eigenaars, Stad Geel, vzw Natuurpunt

2018

Op te starten

7.12 Uitvoering van het Natuur- en Landschapsbeheerplan Geel-Bel, met name de maatregelen voor de omvorming van naaldhout op de paraboolduin

Versterking van de bestaande boshabitatkernen

Nee

4

9190, Boomleeuwerik, Boompieper, Eikenpage, Nachtzwaluw, Zwarte specht

Bosgroep

Sector eigenaars, Stad Geel, vzw Natuurpunt

2014

Plan beschikbaar

7.13 Aanpassing van het uitgebreid bosbeheerplan voor de privé-eigendommen in het Goor tot een natuurbeheerplan

Versterking van de bestaande boshabitatkernen

Nee

7

9120, 91E0, Goudvink, Kleine ijsvogelvlinder, Middelste bonte specht, Vleermuizen-Boslandschap, Vleermuizen-Heidelandschap, Vleermuizen-Moeraslandschap, Vleermuizen-Valleilandschap, Wespendief, Zwarte specht

Bosgroep

Gemeente Hulshout, Sector eigenaars

Op te starten

8.1 Uitvoering van het beheerplan Langdonken, met name de uitbreiding van oeverkruidgemeenschappen en schrale graslanden

Verder herstel van oeverkruidgemeenschappen en schrale graslanden in de Langdonken en het Goor

Nee

6

3130, 6230, 7140, rbbhc, rbbmc, rbbsf, Drijvende waterweegbree

vzw Natuurpunt

Agentschap Onroerend Erfgoed, Gemeente Herselt, Sector eigenaars, Stad Aarschot

2005

In uitvoering

8.2 Uitvoering van het beheerplan Langdonken, met name het herstel van blauwgraslanden op vroegere groeiplaatsen van Spaanse ruiter

Verder herstel van oeverkruidgemeenschappen en schrale graslanden in de Langdonken en het Goor

Nee

6

6410

vzw Natuurpunt

Agentschap Onroerend Erfgoed, Gemeente Herselt, Sector eigenaars

2005

In uitvoering

Stand still

6

6410

8.3 Uitvoering van het beheerplan Goor-Asbroek, met name de uitbreiding van oeverkruidgemeenschappen en schrale graslanden

Verder herstel van oeverkruidgemeenschappen en schrale graslanden in de Langdonken en het Goor

Nee

7

3130, 6230, 7140, Drijvende waterweegbree

vzw Natuurpunt

Agentschap Onroerend Erfgoed, Gemeente Hulshout, Sector eigenaars

2005

In uitvoering

8.4 Aanpassing van het uitgebereid bosbeheerplan voor de privé-eigendommen in het Goor tot een natuurbeheerplan

Verder herstel van oeverkruidgemeenschappen en schrale graslanden in de Langdonken en het Goor

Nee

7

3130, 6230, 7140, Drijvende waterweegbree

Bosgroep

Agentschap Onroerend Erfgoed, Sector eigenaars, vzw Natuurpunt

Op te starten

9.1 Uitvoering Life+ project Grote Netewoud, met name omvorming van eutrofe en troebele vis- en recreatievijvers naar heldere waterplassen met veel waterplanten

Herinrichting van vis- en recreatievijvers in het Malesbroek, het Griesbroek, het Bels Broek, het Selguis en het Zammels Broek

Nee

1, 3, 4

3150, Bittervoorn

vzw Natuurpunt

Agentschap voor Natuur en Bos, Provincie Antwerpen, Sector eigenaars

2019

In uitvoering

9.2 Afspraken maken met Ruimte Vlaanderen voor het behoud van ecologisch waardevolle zonevreemde vis- en recreatievijvers waarop een vonnis rust

Herinrichting van vis- en recreatievijvers in het Malesbroek, het Griesbroek, het Bels Broek, het Selguis en het Zammels Broek

Nee

2, 3, 4, 6, 7

3130, 3150, 7140, Bittervoorn, Drijvende waterweegbree

Agentschap voor Natuur en Bos

Departement Ruimte Vlaanderen, Sector eigenaars

2019

In uitvoering

10.1 Opmaak Bos- en Landschapsbeheerplan Geel-Bel (inclusief uitwerking toegankelijkheidsreglement dat rekening houdt met de kwetsbaarheid van de relevante natuurdoelen)

Afstemming van recreatief medegebruik op de ecologische waarden

Nee

4

2310-2330, Boomleeuwerik, Boompieper, Nachtzwaluw

Bosgroep

Agentschap voor Natuur en Bos, Sector eigenaars, Stad Geel, vzw Natuurpunt

2011

Uitgevoerd

10.2 Maken van afspraken met de betrokken actoren over een ecologisch verantwoorde inplanting van nieuwe weekendverblijven in zones voor verblijfsrecreatie binnen SBZ

Afstemming van recreatief medegebruik op de ecologische waarden

Nee

1, 4, 6, 7

3130, 3150, 7140, 2310-2330, Bittervoorn, Drijvende waterweegbree

Gemeenten

Agentschap voor Natuur en Bos, Departement Ruimte Vlaanderen, Provincie Antwerpen, Sector eigenaars, vzw Natuurpunt

Op te starten

10.3 Afspraken maken over de aanpak van een uitdoofscenario voor zonevreemde weekendverblijven

Afstemming van recreatief medegebruik op de ecologische waarden

Nee

3, 6, 7

3130, 3150, 7140, 2310-2330, Bittervoorn, Drijvende waterweegbree

Gemeenten

Agentschap voor Natuur en Bos, Provincie Antwerpen, Sector eigenaars, vzw Natuurpunt

Op te starten

10.4 Opmaak van een RUP voor de herbestemming van de zone voor verblijfsrecreatie op de Keiheuvel naar natuurgebied

Afstemming van recreatief medegebruik op de ecologische waarden

Nee

1

2310-2330, Boomleeuwerik, Boompieper, Nachtzwaluw

Provincie Antwerpen

Agentschap voor Natuur en Bos, Gemeente Balen, Sector eigenaars

Op te starten

10.5 Herinrichting van de Pelterweg op de Keiheuvel

Afstemming van recreatief medegebruik op de ecologische waarden

Nee

1

9190, 2310-2330, Boomleeuwerik, Boompieper, Nachtzwaluw

Gemeente Balen

Agentschap voor Natuur en Bos, Provincie Antwerpen

Op te starten

10.6 Aanpassing van het beheerplan Keiheuvel (inclusief uitwerking toegankelijkheidsreglement dat rekening houdt met de kwetsbaarheid van de relevante natuurdoelen)

Afstemming van recreatief medegebruik op de ecologische waarden

Nee

1

9190, 2310-2330, Boomleeuwerik, Boompieper, Nachtzwaluw

Agentschap voor Natuur en Bos

Gemeente Balen, Sport Vlaanderen

2018

In uitvoering

10.7 Uitbouw van infrastructuur voor recreatief medegebuik in de Grote Netevallei ikv het Life+ project Grote Netewoud

Afstemming van recreatief medegebruik op de ecologische waarden

Nee

1, 3, 4

3150, 3260, 4030, 6230, 6410, 6430, 6510, 7140, 9190, 91E0, 2310-2330, 4010-7150, rbbhc, rbbhf, rbbmr, rbbms, rbbsf, Blauwborst, Bruine kiekendief, IJsvogel, Porseleinhoen, Roerdomp, Wespendief, Woudaap

vzw Natuurpunt

Agentschap voor Natuur en Bos, Gemeente Balen, Gemeente Meerhout, Sport Vlaanderen, Stad Geel

2019

In uitvoering

101.1 Uitbreiding van het leefgebied van kamsalamander via de aanleg van poelenclusters in de Langdonken en de onmiddellijke omgeving (cfr INBO.A.2013.104)

Overige inspanning

Nee

6

Kamsalamander

Regionaal Landschap Kleine en Grote Nete

Sector landbouw, vzw Natuurpunt

Op te starten

101.2 Uitbreiding van het leefgebied van poelkikker via herinrichting van vis- en recreatievijvers in het Goor-Asbroek (cfr INBO.A.2013.104)

Overige inspanning

Nee

7

3130, 7140, 4010-7150, Poelkikker

vzw Natuurpunt

Bosgroep

Op te starten

101.3 Veilig stellen en uitbreiding van het leefgebied van poelkikker in de omgeving van Geel-Bel (cfr INBO.A.2013.104)

Overige inspanning

Nee

4

3130, 4010-7150

vzw Natuurpunt

vzw Kempens Landschap

Op te starten

101.4 Opmaak van een actieplan voor de bestrijding van stierkikker in het gebied, gebaseerd op de bevindingen van INVEXO en het post-INVEXO-traject met de prov. Antwerpen

Overige inspanning

Nee

1, 2, 3, 4, 5, 6, 7

3150, Bittervoorn, Poelkikker

Agentschap voor Natuur en Bos

INBO, Provincie Antwerpen

Op te starten

101.5 Vermijden van verdere verspreiding van stierkikker door early warning en rapid response

Overige inspanning

Nee

1, 2, 3, 4, 5, 6, 7

3150, Bittervoorn, Poelkikker

Agentschap voor Natuur en Bos

Provincie Antwerpen

2017

In uitvoering

101.6 Bestrijding van watercrassula in de Langdonken en voorkomen van verdere verspreiding van deze exoot via beheermateriaal

Overige inspanning

Nee

6

3130, 7140, Drijvende waterweegbree

vzw Natuurpunt

Agentschap voor Natuur en Bos, Provincie Antwerpen

2005

In uitvoering

101.7 Bestrijding van meerkikker in het Goor-Asbroek (cfr INBO.A.2013.104)

Overige inspanning

Nee

7

Poelkikker

vzw Natuurpunt

Agentschap voor Natuur en Bos, Provincie Antwerpen

Op te starten

101.8 Herstel van kleine landschapselementen als migratieroutes voor vleermuizen

Overige inspanning

Nee

1, 2, 3, 4

Vleermuizen-Boslandschap, Vleermuizen-Heidelandschap, Vleermuizen-Moeraslandschap, Vleermuizen-Valleilandschap

Regionaal Landschap Kleine en Grote Nete

Agentschap voor Natuur en Bos, Bosgroep, Gemeente Balen, Gemeente Meerhout, Gemeente Mol, Sector eigenaars, Sector landbouw, Stad Geel, Vlaamse Landmaatschappij, vzw Natuurpunt

Op te starten

101.9 Afstemming van de beheermaatregelen in de Langdonken op de leefgebiedvereisten van de tot doel gestelde moerasvogelsoorten

Overige inspanning

Nee

6

Blauwborst, IJsvogel, Porseleinhoen

vzw Natuurpunt

2005

In uitvoering

101.10 Opnemen van soortspecifieke acties en inspanningen in het op te maken landinrichtingsplan ‘Ecologische en landschappelijke verbindingen De Merode’

Overige inspanning

Nee

2

Kamsalamander, Vleermuizen-Boslandschap, Vleermuizen-Heidelandschap, Vleermuizen-Moeraslandschap, Vleermuizen-Valleilandschap

Vlaamse Landmaatschappij

Agentschap voor Natuur en Bos, Bosgroep, Gemeente Herselt, Gemeente Laakdal, Gemeente Westerlo, Provincie Antwerpen, Regionaal Landschap Kleine en Grote Nete, Sector eigenaars, Sector landbouw, vzw Natuurpunt

Op te starten

5 Overzichtkaart

De overzichtskaart biedt informatie voor en een stand van zaken over de realisatie van de doelen voor deze SBZ. De verschillende onderdelen zijn te consulteren via een geoloket.

 

 5.1 Synthesekaart

De synthesekaart biedt een samengesteld, vereenvoudigd overzicht van de actuele Europees te beschermen habitats en de oppervlaktes Europees te beschermen habitats onder passend beheer (zie hoofdstuk 3).

In het geoloket wordt de synthesekaart weergegeven met dit symbool 

5.2 Situering van de actuele Europees te beschermen habitats

De kaarten ‘Actueel habitat’ geven indicatief de ligging van de actuele Europees te beschermen habitats in deze SBZ weer, op basis van referentie 9 (zie hoofdstuk 6). De kaart ‘Actueel habitat overzicht’ geeft een overzicht alle actuele habitats. De kaarten ‘Actueel habitat per cluster’ en ‘Actueel habitat per habitat’ maken de actuele habitats respectievelijk in clusters van verwante habitats en voor elk habitat apart zichtbaar.

In het geoloket wordt de kaart: 

  • actueel habitat overzicht weergegeven met dit symbool   
  • actueel habitat per cluster met dit symbool  
  • actueel habitat per habitat met dit symbool 

5.3    Situering van de gebieden beheerd met het oog op de realisatie van de doelen

De kaarten ‘Passend beheer’ (voor definitie, zie hoofdstuk 3) geven indicatief weer welke oppervlaktes Europees te beschermen habitats onder passend beheer zijn bij het ANB, verschillende openbare besturen en de erkende terreinbeherende verenigingen (zie hoofdstuk 3). De kaart ‘Passend beheer overzicht’ geeft het overzicht van alle oppervlaktes onder passend beheer voor habitats. De kaarten ‘Passend beheer per cluster’ en ‘Passend beheer per habitat’ maken de oppervlaktes onder passend beheer respectievelijk in clusters van verwante habitats en voor elk habitat apart zichtbaar.

De huidige kaart geeft de situatie weer in februari 2017.

In het geoloket wordt de kaart :

  • oppervlakte onder passend beheer overzicht weergegeven met dit symbool 
  • oppervlakte onder passend beheer per cluster weergegeven met dit symbool 
  • oppervlakte onder passend beheer per habitat weergegeven met dit symbool 

5.4 Situering van de vegetaties relevant als leefgebied voor Europees te beschermen soorten

Omdat voor de vegetaties relevant als leefgebied voor Europees te beschermen soorten geen terreininventarisatiegegevens bestaan, werd deze kaart opgemaakt door middel van een ruimtelijk model. Dit model werkt op basis van de ecologische karakteristieken van de soort, aangevuld met actuele verspreidingsgegevens en de verbreidingscapaciteit van de soort. De bekomen afbakening vormt op dit moment de best beschikbare benadering van de actuele leefgebieden van de betreffende soorten. Voor een gedetailleerde beschrijving van de methodiek wordt verwezen naar referenties 4, 5 en 6 (zie hoofdstuk 6).

De opmaak ervan was niet voor alle Europees te beschermen soorten mogelijk omdat

  • een aantal mobiele soorten zeer ruime en weinig gedifferentieerde leefgebieden kent (bv. slechtvalk, kokmeeuw);
  • voor de leefgebiedkarakteristieken van bepaalde soorten geen (gebiedsdekkende) kaartlaag voorhanden is (bv. bittervoorn en kleine modderkruiper);
  • voor een aantal soorten de wetenschappelijke kennis en de beschikbare data ontoereikend zijn (bv. vleermuizen).

In het geoloket worden de leefgebieden weergegeven met de symbolen symbool leefgebieden voor het overzicht,  Synthesekaart Groepen voor de groepen en symbool leefgebieden voor de soorten, en dit enkel voor soorten waarvoor de opmaak van de kaarten mogelijk was en waarvoor doelen zijn ingeschreven in het S-IHD-besluit.

5.5 Situering van de aanwezigheid van habitattypische soorten

Onderstaand overzicht geeft indicatief weer welke habitattypische soorten actueel voorkomen per deelgebied op basis van referenties 7 en 8 (zie hoofdstuk 6). Habitattypische soorten zijn soorten die kenmerkend zijn voor één of soms meerdere habitattypes. Voor het bereiken van de regionaal gunstige staat van instandhouding van het habitat, moeten de populaties van de habitattypische soorten, verbonden aan dat habitat, ook in een regionaal gunstige staat van instandhouding worden gebracht of gehouden. Meer gedetailleerde informatie over habitattypische soorten is beschikbaar in referenties 1, 2 en 3 (zie hoofdstuk 6).

 

Situering van de aanwezigheid van habitattypische soorten

Deelgebieden Fauna Flora
BE2100040-1 Beekprik, Bermpje, Blauwvleugelsprinkhaan, Bont dikkopje, Boomleeuwerik, Bosrietzanger, Bosuil, Bruine korenbout, Dwergmuis, Fluiter, Gevlekte glanslibel, Gewone bronlibel, Glassnijder, Grasmus, Grote bonte specht, Havik, Hazelworm, Heideblauwtje, Heivlinder, Hoogveenglanslibel, Houtsnip, Kempense heidelibel, Kleine bonte specht, Kleine ijsvogelvlinder, Kleine parelmoervlinder, Knopsprietje, Middelste bonte specht, Moerassprinkhaan, Nachtegaal, Negertje, Noordse witsnuitlibel, Riviergrondel, Snoek, Snortikker, Sprinkhaanzanger, Variabele waterjuffer, Veldkrekel, Venglazenmaker, Vroege glazenmaker, Waterspitsmuis, Weidebeekjuffer, Wekkertje, Wespendief, Wielewaal, Zeelt, Zompsprinkhaan, Zwarte specht Adelaarsvaren, Blauwe knoop, Borstelgras, Buntgras, Dalkruid, Draadrus, Draadzegge, Drienerfmuur, Duinvogelmuur, Echte guldenroede, Framboos, Glad walstro, Goudhaver, Groot heksenkruid, Groot streepzaad, Grote bevernel, Grote waterranonkel, Haaksterrenkroos, Heidespurrie, Helm, Hulst, Kleine maagdenpalm, Knolsteenbreek, Knoopkruid s.l., Koningsvaren, Kraailook, Lelietje-van-dalen, Liggend hertshooi, Margriet, Moerashertshooi, Moerasviooltje, Moeraswolfsklauw, Muskuskruid, Pilzegge, Rapunzelklokje, Ruig klokje, Slangenwortel, Snavelzegge, Struikhei, Trekrus, Valse salie, Veelbloemige veldbies, Veldlathyrus, Vingerhoedskruid, Wateraardbei, Waterdrieblad, Wilde gagel, Wilde hyacint, Wilde kamperfoelie, Witte klaverzuring, Zandhaver, Zompzegge
BE2100040-2 Blauwborst, Boomklever, Boompieper, Bosrietzanger, Bosuil, Bruin blauwtje, Dwergmuis, Fluiter, Grasmus, Grote bonte specht, Havik, Hazelworm, Houtsnip, Kleine bonte specht, Kleine ijsvogelvlinder, Kleine parelmoervlinder, Middelste bonte specht, Moerassprinkhaan, Nachtegaal, Riviergrondel, Roodborsttapuit, Snoek, Sprinkhaanzanger, Variabele waterjuffer, Veldkrekel, Waterspitsmuis, Weidebeekjuffer, Wespendief, Wielewaal, Zwarte specht Adelaarsvaren, Bittere veldkers, Blauwe bosbes, Bleeksporig bosviooltje, Borstelgras, Bosanemoon, Bosgierstgras, Boszegge, Dalkruid, Donkersporig bosviooltje, Drienerfmuur, Dubbelloof, Echte guldenroede, Framboos, Gewone dophei, Gewone salomonszegel, Glad walstro, Groot heksenkruid, Groot streepzaad, Grote bevernel, Grote waterranonkel, Haaksterrenkroos, Hengel, Hulst, Kikkerbeet, Kleine ratelaar, Knoopkruid s.l., Lelietje-van-dalen, Maarts viooltje, Margriet, Moerashertshooi, Moerassmele, Moerasviooltje, Muskuskruid, Pilzegge, Puntkroos, Rapunzelklokje, Ruig klokje, Slangenwortel, Struikhei, Trekrus, Valse salie, Veelbloemige veldbies, Veldlathyrus, Vingerhoedskruid, Vlottende bies, Wateraardbei, Waterdrieblad, Waterscheerling, Wilde kamperfoelie, Witte klaverzuring, Zompzegge
BE2100040-3 Bermpje, Bosrietzanger, Grote bonte specht, Kleine bonte specht, Snoek, Weidebeekjuffer, Wespendief, Wielewaal Adelaarsvaren, Draadrus, Glad walstro, Haaksterrenkroos, Hangende zegge, Kikkerbeet, Knoopkruid s.l., Margriet, Valse salie, Veelbloemige veldbies, Vingerhoedskruid, Wateraardbei, Wilde kamperfoelie
BE2100040-4 Beekprik, Bermpje, Boomklever, Boompieper, Bosrietzanger, Bosuil, Bruin blauwtje, Dodaars, Gekraagde roodstaart, Glassnijder, Grasmus, Grote bonte specht, Havik, Heivlinder, Kleine bonte specht, Kleine parelmoervlinder, Knopsprietje, Moerassprinkhaan, Nachtegaal, Noordse witsnuitlibel, Riviergrondel, Snoek, Snortikker, Sprinkhaanzanger, Variabele waterjuffer, Venwitsnuitlibel, Weidebeekjuffer, Wespendief, Wielewaal, Zwarte specht Adelaarsvaren, Bittere veldkers, Bleeksporig bosviooltje, Buntgras, Dubbelloof, Echte guldenroede, Framboos, Gewone dophei, Glad walstro, Hulst, Knoopkruid s.l., Liggend walstro, Ondergedoken moerasscherm, Snavelzegge, Struikhei, Valse salie, Veelbloemige veldbies, Vingerhoedskruid, Vlottende bies, Wateraardbei, Wilde kamperfoelie
BE2100040-5 Nachtegaal, Riviergrondel, Weidebeekjuffer Adelaarsvaren, Bittere veldkers, Glad walstro, Haaksterrenkroos, Knoopkruid s.l., Liggend walstro, Slangenwortel, Wilde kamperfoelie, Zanddoddengras, Zompzegge
BE2100040-6 Boomklever, Boompieper, Bosuil, Dodaars, Gevlekte witsnuitlibel, Glassnijder, Grasmus, Grote bonte specht, Havik, Houtsnip, Kleine bonte specht, Kleine ijsvogelvlinder, Moerassprinkhaan, Noordse witsnuitlibel, Snoek, Venglazenmaker, Venwitsnuitlibel, Weidebeekjuffer, Wespendief, Wielewaal, Zompsprinkhaan, Zwarte specht Adelaarsvaren, Blauwe bosbes, Blauwe knoop, Bleeksporig bosviooltje, Bloedzuring, Bruine snavelbies, Dalkruid, Draadrus, Draadzegge, Drienerfmuur, Drijvende waterweegbree, Dubbelloof, Echte guldenroede, Framboos, Galigaan, Gewone dophei, Gewone salomonszegel, Glad walstro, Grote bevernel, Grote waterranonkel, Heidekartelblad, Hondsviooltje, Hulst, Kleine ratelaar, Kleine zonnedauw, Klokjesgentiaan, Knoopkruid s.l., Koningsvaren, Lelietje-van-dalen, Liggend hertshooi, Liggend walstro, Loos blaasjeskruid, Margriet, Moerashertshooi, Moerasweegbree, Moeraswolfsklauw, Ondergedoken moerasscherm, Ongelijkbladig fonteinkruid, Pilvaren, Pilzegge, Rapunzelklokje, Ronde zonnedauw, Ruige veldbies, Stekelbrem, Struikhei, Tandjesgras, Teer guichelheil, Trekrus, Valse salie, Veelbloemige veldbies, Veenpluis, Veldlathyrus, Vingerhoedskruid, Vlottende bies, Wateraardbei, Wijdbloeiende rus, Wilde kamperfoelie, Witte waterranonkel
BE2100040-7 Boomklever, Bruin blauwtje, Dodaars, Gevlekte witsnuitlibel, Glassnijder, Grasmus, Grote bonte specht, Havik, Kleine bonte specht, Kleine ijsvogelvlinder, Zwarte specht Adelaarsvaren, Blauwe bosbes, Blauwe knoop, Bleeksporig bosviooltje, Bloedzuring, Bosanemoon, Bosereprijs, Bosgierstgras, Boskortsteel, Boszegge, Bruine snavelbies, Dalkruid, Donkersporig bosviooltje, Draadzegge, Drienerfmuur, Dubbelloof, Echte guldenroede, Galigaan, Gewone dophei, Gewone salomonszegel, Glad walstro, Groot blaasjeskruid, Groot heksenkruid, Groot streepzaad, Grote bevernel, Grote keverorchis, Haaksterrenkroos, Hengel, Hulst, Klein blaasjeskruid, Kleine maagdenpalm, Kleine zonnedauw, Klokjesgentiaan, Knolsteenbreek, Knoopkruid s.l., Koningsvaren, Lavendelhei, Lelietje-van-dalen, Liggend hertshooi, Liggend walstro, Liggende vleugeltjesbloem, Loos blaasjeskruid, Margriet, Moerashertshooi, Moerassmele, Moerasvaren, Moerasviooltje, Moerasweegbree, Moeraswolfsklauw, Muskuskruid, Pilvaren, Pilzegge, Rapunzelklokje, Ronde zonnedauw, Ruige veldbies, Stekelbrem, Struikhei, Teer guichelheil, Trekrus, Valse salie, Veelbloemige veldbies, Veenpluis, Veldlathyrus, Vingerhoedskruid, Vlottende bies, Wateraardbei, Wilde kamperfoelie, Witte klaverzuring, Zompzegge

6 Referenties

1.:  Geert De Knijf, Desiré Paelinckx (2012). Typische faunasoorten van de verschillende Natura 2000 habitattypes, in functie van de beoordeling van de staat van instandhouding op niveau Vlaanderen (ref. INBO.A.2013.139)

2.: Adriaens, Dries; Adriaens, Tim; Ameeuw, Griet (2008). Ontwikkeling van criteria voor de beoordeling van de lokale staat van instandhouding van de habitattypische soorten (ref. INBO.R.2008.35)

3: Adriaens, P. & Ameeuw, G. (red) (2008). Ontwikkeling van criteria voor de beoordeling van de lokale staat van instandhouding van de vogelrichtlijnsoorten.  D/2008/3241/287 (ref.INBO.R.2008.36)

4.: Maes et al. (2015). Afbakenen van potentiële leefgebiedenkaarten voor Europese en Vlaamse prioritaire soorten in het kader van de voortoets. Rapporten van het Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek 2015. (versie 2.0). (ref. INBO.R.2015.10201559). 

5: : Maes D., Anselin A., De Knijf G., Denys L., Devos K., Gouwy J., Leyssen A., Packet J., Pauwels I., Pollet M., Speybroeck J., Stienen E., Thomaes A., T’jollyn F., Van Den Berge K., Van Landuyt W., Van Thuyne G., Vermeersch G. & Verhaeghe F. (2017). Afbakenen van actueel relevant potentieel leefgebied voor een selectie van Europees prioritaire soorten. Rapporten van het Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek 2017 (30) (ref. INBO.R.12602606 . Brussel: Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek, Brussel.

6.: Dirk Maes, Koen Devos, Anny Anselin, Eric Stienen, David Buysse, Ine Pauwels & Thierry Onkelinx (2016). Advies over de leefgebiedenkaarten van Natura 2000-soorten (ref. INBO.A.3415)

7.: De Knijf, Geert; Vermeersch, Glenn (datum). Advies over de actuele verspreiding van de habitattypische soorten per SBZ-H deelgebied - deel fauna (ref. INBO.A.3233)

8.: Van Landuyt, Wouter; De Knijf, Geert (2014). Advies over de verspreiding van de habitattypische soorten per SBZ-H deelgebied - deel flora (ref. INBO.A.3192)

9. De Saeger, S., Guelinckx, R., Oosterlynck, P., De Bruyn, A., Debusschere, K., Dhaluin, P., ... Paelinckx, D. (2020). Biologische Waarderingskaart en Natura 2000 Habitatkaart, uitgave 2020. (Rapporten van het Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek; Nr. 35). Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek. https://doi.org/10.21436/inbor.18840851